Asper is de laatste Goudbloed in Narangarav. Na de Zwarte Dagen, waarbij de soldaten van de koning alle Goudbloeden wisten uit te roeien, bleef ze alleen en verloren over. Voor Asper is iedere dag er een op leven en dood. Gesteund door haar pleegmoeder probeert ze angstvallig haar ware afkomst te verbergen, die makkelijk wordt veraden door haar huid. Niet enkel is haar vel goud, ook is hij haast ondoordringbaar. Enkel de Zwarte Jagers, de soldaten van de koning, hebben de wapens in handen die haar kunnen verwonden en doden. Maar als Asper op een dag een voorspelling hoort van een oude toverheks, dringt het tot haar door dat ze zich niet langer kan verstoppen. Ze moet opkomen voor haar verloren volk en haar ware afkomst in ere houden, en om dat te doen is er geen andere optie dan de koning vermoorden. Om dat te doen roept ze de hulp in van de heks, die haar huid roze kleurt via een spreuk. Maar magie vraagt altijd een prijs en tijdens haar reis doorheen Narangarav dringt het tot Asper door dat het onmogelijk is om die te betalen.