Zij is een goodgirl met een enorme liefde voor fotografie. Hij is een badboy met een enorme liefde voor meiden. Haar moeder geeft hem alles. Zijn vader geeft haar niets. Zij is onzeker. Hij is zelfzeker. Zij vraagt zijn hulp. Hij heeft haar hulp nodig. Haar leven staat op z'n kop. Zijn leven verandert voorgoed.