Starend naar het plafond zit ik te denken. Het getik van mijn klok is het enige geluid dat je hoort. Zachtjes tel ik mee. 55, 56, 57, 58, 59, 60. Weer een minuut voor bij. Ik zucht nog eens een keer diep. Eigenlijk zou ik nu mijn huiswerk moeten maken en moeten leren voor het proefwerk Duits voor morgen. Maar ik heb er gewoon geen puf voor. Elke beweging die ik maak voelt alsof alles zo zwaar als een baksteen is. Zelfs mijn ogen open houden is te zwaar. Toch is slapen moeilijk. Het lijkt of mijn ligaam moe is maar mijn hersenen nog volop leven. Ik kijk op de klok die tegenover mijn bed hangt. Er zijn weer 3 minuten voorbij. Zachtjes sluit ik mijn ogen weer. Ik denk aan het gesprek van gisteravond, die ik met mijn vader en moeder had. "Je bent depressief, Demi" hadden ze gezegt. Aan de ene kant hadden ze gelijk. Ik ben depressief, maar ik vind het goed hoe het is. Ik hoef niet met vriendinnen uit te gaan of met jongens daten. Dat is niks voor mij, of het is niet Meer iets voor mij. Vr