het is donker. Waar ben ik, wat is dit? Opeens wordt het licht en zie ik zijn ogen, zijn enge maar toch stralende ogen. Wat doe ik hier? Vraag ik, maar hij zegt niks Waarom ben ik hier? Weer zegt hij niks. Ik kijk de kamer rond. Het is een kleine kamer met donkere muren en maar 1 raam. Ik kijk weer naar hem, nog steeds niets gezegd. Voordat ik het weet zie ik hem op me aflopen, En in eens is het weer donker.