Zo’n vier jaar geleden kwam ik erachter dat ik ben zoals ik ben. Ik weet eigenlijk niet eens hoe ik er achter ben gekomen. Het is niet dat je je ineens anders voelt of zo. Ik ben vervolgkind 3471. Ik ben geboren op een warme zomerdag, de derde dag van de maand juni in 2171, wat betekent dat ik nu precies eenentwintig jaar oud ben. Maar voor de buitenwereld zie ik er waarschijnlijk niet ouder uit dan een jaar of zeventien. Vandaag is het een woensdag geloof ik, ergens in het midden van november. Niet dat het veel uitmaakt. Elke dag is hetzelfde. Om de muiterij in het zuidelijke gewest te sussen, werden er door de rectie nog strengere reglementen opgelegd en bij schending van deze reglementen, strengere straffen. Met als gevolg een Derde Wereldoorlog die catastrofaal was voor zo’n tweederde van de bevolking. Door het gebruik van gifgassen is de lucht inmiddels zo vervuild dat wij hier ziek van worden en nog maar een jaar of 40 oud worden. 50 misschien, als je echt een oude sok wordt. Dus we zijn nog maar met een klein clubje over. Ik ben anders dan mijn zusje Val. En anders dan mijn moeder en anders dan mijn beste vriend Cal. In tegenstelling tot hun heeft het buiten geen invloed op mij. Ik word niet ziek. Daarom zoek ik naar eten, loop ik wat rond in de verlaten stad waar de mensen een teruggetrokken en schuw bestaan leven. Elke dag weer hetzelfde liedje. Tot ik wordt aangevallen op iets wat lijkt op een gemuteerde hond of zoiets en ik Elf ontmoet die mij, bij wijze van spreken, op sprookjesachtige wijze uit de klauwen van dit monster redt. Elf is ook een vervolgkind, net als ik. En voor het eerst heb ik het gevoel niet meer zo alleen te zijn. Maar mijn leven veranderd wanneer het buiten Cal fataal wordt.