Koen had verwacht dat hij voor Matthy een luisterend oor moest zijn. Maar wat nou, als Koen zelf een steun en toeverlaat nodig heeft in zijn leven? En dat toevallig Matthy blijkt te zijn.
Deel 2!
Stukje van mij: deel 1
"Hè, kom je nou weer koffie halen?"
Luna komt iedere dag in een café, waar ze haar koffie haalt voordat ze naar werk gaat. Altijd komt ze rond dezelfde tijd een blonde jongen tegen. Altijd hebben ze oogcontact, en geven ze elkaar een klein lachje. Is er iets meer dat verschuilt achter de lach, die langzaam een gewoonte begint te worden?