Arielle de Grote is 17 en woont in een klein dorpje net buiten de stad. Ze is zwaar depressief. Haar ouders hebben vaak ruzie en haar vader slaat haar. Haar oudere broer Willem heeft haar aan haar lot over gelaten, en op school heeft ze ookal niemand. Als ze op een dag het huis uit vlucht als haar ouders weer ruzie hebben komt ze een meisje tegen die haar leven verandert.