Ik staarde in de ogen van dé jongen. Waar kwam hij vandaan? Ik was niet in staat een zinnig woord uit te brengen.
'Ik denk niet dat we elkaar al eerder hebben ontmoet. Mijn naam is Devon Curtiz. Jij bent Emily, toch?'
Ik nam hem van top tot teen op. Hij had kort warrig, donker haar. Zijn ogen straalden een zekere zelfzekerheid uit, maar ik kon niet echt afleiden wat hij op dit moment voelde. Hij leek een mysterie in levende lijve. Hij was knap, maar niet overdreven. En zijn stem klonk als het gezang van vogels op een lentedag. Maar toch was ik niet volledig op mijn gemak.
'Wat... Hoe... ?' Er was zoveel dat ik aan hem wou vragen, dat ik het niet allemaal kon uitbrengen. Plots hoorde ik duidelijk voetstappen die naar ons toe kwamen, en voor ik het wist, stond Annabel naast me.
'Dag, Devon, je kan nu wel gaan. Het was sympathiek van je mijn nieuwe vriendin Emmetje even op te vangen, maar ik ben er nu, we hebben je niet meer nodig', zei ze meteen. Ik was verbaasd. Ze kenden elkaar? En ze leken elkaar niet al te leuk te vinden.
"Ik weet dat je me wilt."
"Dat is nou juist het probleem, niet? We vallen altijd weer terug op elkaar."
Blake en April zijn complete tegenpolen van elkaar. Maar na een incident op een feestje komen ze met elkaar in contact, en het is moeilijk op te vechten tegen de verleiding. Vooral als iedereen je tegen lijkt te werken.