Ik zit tegenover hem rond het kamp vuur. Hij kijkt naar me.. Wat moet hij toch? Hij is zo arrogant en zo'n misgunner, waar komt dit opeens vandaan? Ik loop naar de wc met een zaklamp in mijn hand maar dan word ik opeens mee getrokken de bossen in, ik laat per ongeluk mijn zaklamp vallen.. Ik zie niks, alles is donker om mij heen... Ik durf niet te gillen en dat hoeft ook niet als ik zie wie het is. Het is Kelvin. Hij kijkt me aan met een grijns op zijn gezicht. Die snel al om slaat in een lieve glimlach. Ik bijt op m'n lip, hij is dan een vervelend joch.. Maar dat zegt niet dat hij niet knap is, al helemaal wanneer hij zo lief lacht. 'Wat moet je toch van me? Even is het stil, maar dan antwoord hij toch. 'Ik wil je iets laten zien..' Hij trekt me weer mee. Ik kan al wat meer zien want m'n ogen zijn al wat meer gewend aan het donker. Opeens komen we terecht in een open stuk, het is prachtig.. Midden in zie je een mooi beekje waar wat grote stenen naast liggen. Kelvin trekt me mee naar de stenen en gaat er op zitten, ik plof naast hem neer en kijk hem nog steeds met en vragende blik aan. 'Wat wil je toch Kelvin? Ik raak in de war van jou..' Hij kijkt me aan, ik voel een gek gevoel in m'n buik, zijn dat vlinders? Nee nooit, nooit kan ik op hem verliefd zijn... Dit boek gaat over Anne en Kelvin, Anne die altijd ruzie heeft met Kelvin, en hem het stomste joch van de hele school vindt. Maar deze haat slaat opeens om in een onverwacht gek gevoel, voor elkaar? Dat lees je in dit boek. Veel plezier met lezen!