12 slagen, 12 uur. Het kon beginnen. Het begon te trillen, alles trilde. De kast, de tafel, de stoelen. Dit was doodgewoon. Het begon te schudden, alles schudde door elkaar heen. De keuken stond op de plek waar normaal gesproken de woonkamer was. Dit was ook doodgewoon. Het begon te draaien, alles draaide. Het plafond was de grond en de grond was het plafond. Ook dit was doodgewoon. Het kwam tot leven, alles kwam tot leven. De bank begon te dansen, net zoals de televisie. Dit was niet zo doodgewoon.