Hij wilde al opruimen maar de deur ging open. Jabir keek op. Het meisje genaamd Amal kwam rood aanlopen. 'Sorry! Ik heb mijn bus gemist,' zei ze hijgend en nam plaats tegenover hem. Hij keek haar onderzoekend aan. 'U bent 20 minuten te laat. Geen goede indruk,' zei hij mompelend.
'Pardon?' vroeg ze cynisch. 'Ik heb mijn bus gemist. Wat moest ik dan doen? Achter de bus aanrennen? Een beetje begrip tonen is niet erg moeilijk.' Jabir keek haar verbluft aan. 'Wat een grote mond. Doe je altijd zo onbeleefd?' Amal keek hem droog aan. 'Dit is niet onbeleefd. Je kan er gewoon niet tegen dat ik jou op je plek heb gezet.'
Jabir keek de dame fronsend aan. 'Nou, vertel maar wat je wilt vertellen met je grote mond.' Ze keek hem met argusogen aan. Haar honingkleurige ogen spuwden vuur. 'Luister jij eens heel goed! Ik heb geen grote mond. Jij kan er gewoonweg niet tegen. Wat een arrogantie. Ik ben blij dat ik voor je vader ben gekomen en niet voor jou, kwal.'
Jabir keek haar even verbaasd aan. Het volgende moment gooide hij zijn hoofd in zijn nek en begon hard te lachen. Ze balde haar handen tot een vuist onder te tafel. Marouan kwam naar binnen en keek zijn zoon met een vreemde blik aan. Lachend keek Jabir zijn vader aan. 'Vader, dit is Amal Chaouki.'
Amal glimlachte en stond op. Ze liep naar Marouan en stak beleefd haar handen uit. 'Hallo, meneer Mokhtar. Hoe gaat het met u?' vroeg ze beleefd. Jabir keek met open mond naar haar. Nu was ze wel beleefd? Marouan glimlachte teder 'Het gaat goed met mij meisje. Ga maar zitten,' zei hij.
~Marokko.nl