In de namiddag

1 0 0
                                    

In de klas

De bel gaat.

De eerste schooldag is gedaan.

Jenna gaat naar buiten maar voor ze de schoolpoort uitgaat hoort ze iemand haar naam roepen.

Aan de schoolpoort

„Jenna wacht, Ik moet nog iets geven." : roept Wolf over de speelplaats.

Jenna wacht en Wolf komt afgewandeld naar haar.

„Als je straks nog iets wilt doen in de avond mag je me altijd sturen of bellen, hier is mijn nummer.": Zegt Wolf terwijl hij een papiertje naar boven haalt en uitsteekt naar Jenna.

Jenna pakt het papiertje aan en stopt het in haar boekentas. Wanneer ze het papiertje heeft weggestoken is Wolf ook al doorgegaan.

Ze wandelt ook de schoolpoort uit richting de plaats waar haar broer haar deze morgend had afgezet op hun afgesproken plaats.

Op de parking waar ze had afgesproken met haar broer.

In de verte ziet ze een persoon helemaal in het zwart. Alleen de neus en ogen kan ze zien. De persoon kijkt richting haar en verdwijnt dan na een tijdje.

Zou dit iemand kunnen zijn uit het verleden?

Of ligt er al een nieuw probleem achter de hoek?

Haar broer komt net aangereden.

Geweldig net op tijd om dit enge gedoe achter te laten.

Jenna stapt in de auto.

In de auto

„En hoe was de eerste schooldag op de nieuwe school?" : vraagt Brent wanneer Jenna nog haar boekentas op de achterbank probeert te leggen.

„Deze school valt best wel mee, ik denk dat het me hier gaat lukken. Ik heb ook al een nieuwe vriend ontmoet. Hij heet Wolf, hele vriendelijke jongen." : antwoord Jenna enthousiast terwijl ze haar gordel probeert vast te krijgen.

„Dat is goed om te horen. Ik hoop dat deze jongen niet zo iemand gaat zijn zoals uit het verleden want dat willen we liever vermijden.": antwoord hij met een vertraging in zijn stem.

„Die kant gaan we niet meer op.": antwoord Jenna gerustellend.

Brent schakelt naar de eerste versnelling en vertrek naar hun huis dat gelegen is naast een tankstation.

Eindelijk terug thuis

Jenna komt binnen. Doet haar schoenen uit en wandeld door naar de living waar haar hond kwispelend op haar zit te wachten tot ze hem komt gedag zeggen.

„Simba ik heb je zo gemist, ik zal je je eten geven en je buiten laten." : zegt Jenna wanneer ze al onderweg was naar het hondenvoer.

Jenna geeft de hond te eten.

Dan herinnert ze zich plots aan het papiertje dat ze van Wolf heeft gehad.

Wanneer de hond nogsteeds zit te smullen van het lekkere hondenvoer heeft Jenna het papiertje gevonden met het nummer en ook al opgeslagen in haar smartphone als een nieuw contact.

Eindelijk is hij klaar met eten. Wanneer Jenna simba buiten wilt laten hoort ze de voordeur ook ineens opengaan. Brent komt binnen met frietjes van het frituur.

In de eetkamer

Jenna is eerder klaar als Brent, ondertussen is Simba ook al terug binnen en wilt Jenna het liefst naar haar kamer gaan om daar een boek te lezen. Maar voor ze van tafel gaat en naar haar kamer vertrekt neemt ze haar smartphone en stuurt een berichtje naar Wolf.

-Hey met mij hier, Jenna. Je had gevraagt of ik deze avond nog iets wou doen. Ik ben de hele avond nog vrij. Stuur me wanneer je beschikbaar bent.-

Jenna schuift de stoel naar achteren en verlaat haar plaats. Natuurlijk eerst de stoel terug onder tafel schuiven voor tafelmanieren. En dan rechtstreeks de trap op naar haar kamer.

In haar kamer

Jenna's kamer is de perfecte kamer om een boek te lezen en te ontspannen. Een klein raampje met de helft bedekt door een boom die er recht voor groeit met uitzicht op het straat en een grootwarenhuis. Het is ook zeer stil aan het regenen maar toch nog net genoeg om getokkel op het kleine raam te kunnen horen.

Ze zet haar neer op haar tweepersoonsbed en gaat vervolgen liggen. Ze neemt het boek van op haar nachtkastje en begint met lezen.

-tik
-tik
-tik

Er worden steentjes tegen het raam van Jenna gegooit. Jenna zet haar recht.

„Wie gaat me nu weer storen, misschien is het Wolf." : denkt Jenna.

Wanneer Jenna haar wilt rechtzetten om te gaan kijken wie er steentjes tegen haar raam aan het gooien is, gaat haar smartphone af.

Één berichtje!

-Hey Jenna, Ik ben ook vrij nu. Waar wil je naartoe? Ik heb anders al een idee.-

Ohnee, het kan niet Wolf zijn die voor haar huis stenen staat te gooien. Wie is het dan wel?

Ze stuurt snel nog een berichtje terug naar Wolf voor ze gaat kijken aan haar raam.

-Hey wolf, sorry even rare gebeuren hier aan mijn huis. Maar alles is inorde. Ik zie je over een halfuurtje aan de kerk we zullen naar een parkje gaan. Jenna-

-Geen probleem. Ik zie je aan de kerk :) -

Jenna legt haar smartphone weg en gaat naar haar raam kijken want na alles wat ze ondertussen gedaan heeft worden er nog altijd stenen naar haar raam gegooit.

Eenmaal ze aan het raam is ziet ze weer dezelfde persoon dat ze zag aan haar school.

Weer kan ze maar zo weinig van het gezicht zien en kan ze dus niet zien wie het is.

De persoon doet teken dat ze naar daar moet komen.

Zou ze dat wel doen?

Ze blijft nadenken.

Na enig nadenken is ze er nogaltijd niet van overtuigt of ze wel naar de persoon moet gaan.

Maar na zolang nadenken moet ze wel naar buiten gaan voor te vertrekken naar de kerk waar ze heeft afgesproken met Wolf.

Ze gaat haar kamer uit en wandelt naar beneden.

In de living

Brent is nog in de living, perfect.

„Brent, vind je het goed dat ik nog even naar buiten ga naar Wolf. Die nieuwe jongen van mijn klas. We gaan ontmoeten aan de kerk en gaan zo door naar het park." : zegt Jenna tegen Brent die in de zetel tv ligt te kijken.

„Tuurlijk, gewoon optijd thuis.": zegt Brent „Ik kan je ook brengen als je dat wilt?" : voegt hij er nog aantoe.

„Nee dat hoeft niet ik neem de fiets wel, dat is ook goedkoper." : antwoord Jenna nog in de verte wanneer ze al bijna buiten staat.

Ze sluit de deur achter haar en wandeld het straat over.

Op het straat

Wanneer ze het straat over gaat kijkt ze nog eens rond of ze de geheimzinnige persoon nog ziet staan.

Ze ziet niemand meer en beslist om verder te fietsen.

Maar wanneer ze net aan het fietsen is hoort ze haar naam.

Zou Wolf van dezelfde kant komen en wilt hij dat ze wacht?

Ze stopt en draait haar om.

Daar is de persoon weer.

Wanneer ze terug wilt verderrijden laat de persoon zijn hele gezicht zien en maakt ook zijn haren vrij.

„Luci , wat doet zij hier?!" : roept Jenna verstrooid wanneer ze van haar fiets stapt en nog eens beter kijkt.

Sk8er girlWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu