Hoofdstuk 1

17 0 1
                                    

Ik rende de trap af. Ik brak mijn nek bijna over de pluizige dino van mijn zusje. "Lila!" riep ik met adrenaline in mijn lijf. Maar ik leefde nog en ging aan de al gedekte eetkamertafel zitten. Ik pakte drie boterhammen en ik belegde ze. Ik stond op en liep naar het lage aanrecht. In haast zocht ik naar mijn brooddoos. Ik vond niks dus opende ik de iets te volle la met plastic zakjes maar en deed mijn brood in een zakje dat er niet al te ranzig uitzag. Ik pakte mijn tas en propte mijn brood in een hoekje tussen al mijn boeken. Vandaag was het donderdag. De zwaarste dag van de week, les tot het achtste uur. Zucht. Maar ja het was zo en dat kon ik niet veranderen dus lachte ik maar. Heel fake maar ik glimlachte. Mijn moeder had me ooit geleerd dat als je maar lang genoeg glimlachte je ook echt vrolijk zou worden. Je lijf zou een of ander stofje aanmaken volgens mij. Het werkte wel dus liep ik vaak met een creepy en fake glimlach door het huis. Toen pakte ik mijn telefoon. Het lockscreen floepte aan en ik zag dat ik goed op schema lag. Ik riep een groet door het huis en mijn vader wenste me een fijne dag. Ik liep met mijn zware rugzak naar ons donkere gangetje en deed mijn heerlijk gevoerde winterjas aan.  toen opende ik de donker houten voordeur, stapte door de deur en trok deze met een doffe"bons" dicht. Uit mijn zak pakte ik mijn fietssleutel en die stak ik in het slot van mijn fiets. Ik draaide mijn fiets om en slingerde mijn been over de stang. Mijn fiets kraakte en even was ik bang dat die uit elkaar zal vallen. Het viel mee en levend bereikte ik de straat. Toen vertrok ik richting school.

TegenwindWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu