4

2K 77 8
                                    

Als ik beneden kom zit Frank aan de tafel voor zich uit te staren en Wolfs zit er tegenover in de krant te lezen. Ik heb geen idee van wat er gebeurd is maar de spanning is duidelijk voelbaar en ik twijfel of ik er iets over moet zeggen. Misschien maak ik het dan alleen nog maar erger. Tot zover ik me kan herinneren is er nooit iets voorgevallen tussen Frank en Wolfs en daarom ben ik eigenlijk ook best wel een beetje overdonderd dat ze hier zwijgend tegenover elkaar zitten.
‘Goeie morgen’ besluit ik maar te doen alsof ik niks in de gaten heb. Dat lijkt me voor nu maar even het beste. Ik zal Wolfs straks wel vragen wat er aan de hand is, aangezien ik Frank waarschijnlijk niet voor mezelf zal hebben voordat we naar het bureau zouden vertrekken.
‘Goeie morgen’ glimlacht Wolfs opkijkend van zijn krant terwijl ik Frank probeert te peilen die maar voor zich uit zit te staren.
‘Aarde aan Frank’ zwaai ik met mijn hand voor zijn gezicht, om zijn aandacht te krijgen.
‘He wat’ schiet hij overeind.
‘Waar zit jij met je gedachte joh’ vraag ik hem lachend terwijl ik een kus op zijn wang druk.
‘Oh nergens’ wuift hij het weg, terwijl ik hem een blik zie geven aan Wolfs die ik niet goed kan plaatsen. Waar heeft hij toch last van, het irriteert me dat hij zo raar doet.
‘Gaan we’ vraag ik Wolfs terwijl ik een krentenbol uit de zak op het aanrecht haal en de trap al op loop. Ik heb geen zin om hier nog een minuut langer te moeten zijn, voordat ik iets ga zeggen dat totaal verkeerd uitpak en ik straks ook ruzie heb met Frank. Al ben ik er niet zeker van dat Frank en Wolfs ruzie hebben maar daar lijkt het wel op in elk geval.

‘Wat was dat nou net’ kon ik het niet langer voor me houden. We waren inmiddels al bijna bij het bureau aangekomen maar Wolfs had nog steeds geen woord gezegd en het werkte behoorlijk op mijn zenuwen. Normaal hadden we altijd wel wat te bespreken in de auto, zelfs als het niet over werk ging was er altijd wel een gespreksonderwerp.
‘Wat bedoel je’ keek hij me vragend aan. Of hij wist echt niet waar ik het over had, of hij kon heel goed doen alsof want het kwam behoorlijk overtuigend op me over.
‘In de Ponti, met Frank’ hielp ik hem een handje. Door hem duidelijk te maken waar ik het over had.
‘Daar was niks hoezo’ had hij nog steeds die zelfde vragende blik in zijn ogen als daarnet.
‘Hebben Frank en jij ruzie gehad of zo, jullie deden zo raar’ besloot ik het hem dan maar gewoon recht op de man af te vragen. Kon hij er ook niet meer om heen draaien. Het was nu gewoon ja of nee en niks anders meer.
‘Nee’ antwoorde hij op dezelfde toon als daarnet. ‘Volgens mij was die gewoon niet uitgeslapen’ haalde hij zijn schouders op dat hij het ook niet wist. Ik liet het maar al geloofde ik er niet zoveel van, maar ik had geen zin om ook ruzie met hem te krijgen. Niet nu we eindelijk een nieuwe zaak zouden krijgen.

‘Gaat u voor mevrouw Wolfs’ grijnsde hij terwijl hij de deur voor me open hield.
‘Mechels heeft niet gezegd dat we man en vrouw waren hoor’ antwoorde ik lachend om zijn opmerking. Het klonk namelijk wel grappig en ik wist dat hij gewoon uit was op commentaar van mijn kant.
‘Eva, Wolfs’ wenkte Mechels ons meteen toen we de afdeling op liepen.
‘Hebben jullie het een beetje kunnen laten bezinken’ keek ze om de beurt even kort aan waarbij wij beide knikte.
‘We verheugen ons er enorm op’ vond Wolfs nodig om toch iets te zeggen.
‘Mooi, ik verwacht jullie volledige inzet’ gebaarde ze ons te gaan zitten waarna er een heel verhaal volgde over wat nou precies de bedoeling was. En wat er allemaal van ons verwacht werd. ‘Voor jullie eigen veiligheid staan jullie ingeschreven onder een andere naam en let erop dat jullie deze namen in het openbaar gebruiken’ sloot ze haar verhaal af. Beide keken we haar vragend aan over wat voor een naam we zouden krijgen terwijl ze in haar la rommelde.
‘Anne Visser en Mark van der Ploeg’ overhandigde ze ons beide een paspoort.
‘Hadden ze geen kortere achternaam’ zuchtte Wolfs wat ervoor zorgde dat ik in de lach schoot.
‘Er is een grote kans dat ze jullie natrekken als jullie met ze in contact komen, dus denk er goed om’ negeerde ze Wolfs opmerking en waarschuwde ons.
‘En hoe heten onze verdachte’ vroeg ik haar. Was misschien wel handig om te weten.
‘Raoul en Marly Warendorff, het zijn broer en zus’ gaf ze ons de gevraagde informatie.
‘Als jullie om een extra kamer gaan vragen, zal het personeel jullie vertellen op welke kamer ze verblijven. Die kamer is ingericht met afluister apparatuur en wij hebben hier vierentwintig zeven iemand zitten die meeluistert. En indien het nodig is worden jullie op de hoogte gebracht van het feit wat zich daar afspeelt.’ Gaf ze ons nog wat informatie.
‘Waarom kunnen wij niet direct mee luisteren ‘ vroeg Wolfs haar.
‘Dat was qua techniek aan boord niet mogelijk’ schudde ze haar hoofd. ‘En zo zijn wij altijd direct op de hoogte, dus zorg ervoor dat jullie altijd bereikbaar zijn’ zei ze met de nadruk op altijd.
‘Ja mevrouw’ knikte we beide begrijpend. We wisten beide hoe serieus deze zaak was en dat we dit niet moesten verpesten.
‘Kunnen hun telefoons niet onder de tap dan’ was Wolfs het er toch nog niet helemaal mee eens.
‘Dan moeten we wel eerst hun nummers hebben meneer Wolfs, en die gaan jullie zien los te peuteren’ schonk ze hem een glimlach.
‘Geen abonnement dus’ zuchtte ik.
‘Jullie worden om drie uur aan boord verwacht. Marion haalt jullie om half één op thuis en zal jullie weg brengen’ knikte ze in de richting van de kantoortuin waar Marion zat te werken.
‘Zo snel al’ was ik toch best wel overvallen dat er zoveel haast bij was.
‘Ja mevrouw van Dongen, dus ik zeg wegwezen en ga jullie spullen inpakken’ gebaarde ze ons om weer te vertrekken. Waarna we beide toch wel overdonderd van de snelheid waarin dit ging opstonden en haar kantoor verlieten om terug naar huis te gaan en onze spullen te pakken voordat Marion ons op zou komen halen. 

Snappen jullie hem nog?
Wolfs = Mark van der Ploeg &
Eva =  Anne Visser

Amante Secreto (Flikken Maastricht Fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu