Hoofdstuk 1 Alessandra

1 0 0
                                    

Hijgend en badend in het zweet schiet ik wakker in bed. Mijn hart gaat tekeer en ik voel mijn borstkas schokkend op en neer gaan. Terwijl ik met de mouw van mijn nachtjapon het zweet van mijn voorhoofd wegveeg, ga ik rechtop zitten, met mijn rug tegen de vuile houten muur. Net zoals in mijn droom trekt er een koude rilling langs mijn ruggengraat.

Met gesloten ogen probeer ik mijn onregelmatige ademhaling opnieuw onder controle te krijgen. Ik voel de zon door de kleine raampjes op mijn huid branden en hoor, naast mijn onregelmatige ademhaling, enkel de stevige wind waaien. Terwijl ik me daarop probeer te focussen, haal ik enkele keren diep adem. Bij iedere inademing komt er steeds weer een ander gezicht voor mijn ogen. Ik zie mijn moeders bezorgd gezicht, mijn lijfwacht, de bedienden en mijn vaders en mijn ooms emotieloze gezichten.

Gefrustreerd open ik opnieuw mijn ogen om de gezichten te laten verdwijnen. De beelden komen iedere nacht terug en ik kan er tot mijn ergernis niets aan doen.

Ik kijk recht voor mij uit en laat mijn ogen op mijn gestolen kleren vallen die over de eenzame houten stoel tegen de muur hangen. De scharlakenrode jurk en zwarte leren broek heb ik enkele dagen geleden nog uit een kledingboutique gestolen. Met behulp van mijn gave is het mij gelukt om het licht rondom mij te manipuleren en mij zo onzichtbaar te maken. Zonder dat iemand het doorhad haalde ik de kledingstukken van de hangers en wandelde ik ongemerkt de boutique terug uit.

Grijnzend gooi ik de lakens van mij af en voel ik de frisse lucht van buiten over mijn lichaam glijden. De haren op mijn armen en benen gaan ervan rechtop staan.

Ik stap uit bed en probeer niet te rillen wanneer ik over de koude vloer stap naar de stoel. Met mijn rug naar de raampjes toegedraaid, trek ik mijn nachtjapon uit en laat ik die op de grond naast mijn voeten vallen. Ik trek eerst mijn oud en ondertussen verkleurde onderhemd, dat net boven mijn navel neervalt, en mijn onderbroek aan.

Met de leren broek in mijn handen draai ik mij razendsnel om. Ik voel me bekeken. Mijn ogen scannen de open weide, maar zien enkel het prachtige grasland met in de verte enkele loslopende schapen. In de verte komt de zon langzaam op, terwijl de wind de herfstbladeren van de bomen wegblaast.

Zonder mijn ogen af te wenden kleed ik mij verder aan. Ik trek mijn broek en jurk aan waarvan ik enkel de bovenste knopen dichtmaak. Ik laat de knopen vanaf mijn heupen open, zodat ik mijn benen vrij kan bewegen.

Voordat ik mijn kousen en knielaarzen aantrek, scan ik het grasland een tweede keer en zie ook deze keer geen beweging. Ik neem mijn laarzen in mijn linkerhand vast, en haal met mijn andere hand de kousen eruit terwijl ik naar het bed toe stap. Al zittend trek ik mijn kousen en zwarte knielaarzen aan en strik ze dicht met lange zwarte veters.

Ik strik net de veters van mijn tweede laars wanneer er een grijze cilinder door een van de raampjes vliegt. Glasscherven vliegen in het rond en belanden in de houten vloer rond de cilinder. De cilinder rolt recht naar het bed toe terwijl er een bruinkleurige rook uitkomt. Ik spring geschrokken van het bed en druk zonder erbij na te denken de mouw van mijn jurk tegen mijn mond en neus om de rook niet in te ademen.

Met grote voetstappen sprint ik naar de eikenhouten deur en ruk die open. Zonder de deur te sluiten ren ik de lange gang op. De hele boerderij bestaat uit bordeaux rode houten muren, een krakende houten vloer en een zwart stenen plafond. De lange gangen worden verlicht door langwerpige kaarsen die nog steeds aan de muren hangen en reusachtige ramen.

Wanneer ik de wenteltrap op het einde van de gang bijna bereik, hoor ik vanuit de trappen rechts van mij zware voetstappen en luide ademhalingen. Zonder om te kijken, ren ik de gang aan de linkerkant op, richting de andere trap.

Ik vind de trap meteen om de hoek, maar krijg de kans niet om de trap af te lopen. Verstijfd van angst en schrik kijk ik in de ogen van de eerste soldaat van het Varideens leger. Ik kan zijn gezicht niet volledig zien door het schemerlicht van de opkomende zon, maar herken zijn kostuum zonder twijfel.

De verloren kroonWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu