A

16 2 1
                                    

Mijn uitgeputte lijf

Bereikt het bos

Waar we altijd liepen

Onze handen

Ineengevlochten

We praatten

We zwegen

We lachten

Maar bovenal

We genoten

Van de frisse zuurstof

Van de rust

Van de bomen

Af en toe

Van een witte roos

Van het kabbelende riviertje

Van het fluiten van de vogels

Maar bovenal

Van elkaar

Wij waren andersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu