De ontmoeting (Deel 2) -Lang-

7 1 0
                                    

Elke ochtend werd ik wakker en ging ik naar beneden. Mijn vader lag altijd nog te slapen van zijn werkdienst. Nadat ik naar school was geweest kwam ik terug en at iets. Mijn vader was dan beneden en keek tv of was buiten in de tuin aan het roken. Als ik had gegeten ging ik naar buiten. Alle kinderen waren aan het praten over hun toekomst. Dus ik zat daar maar wat voor me uit te staren.

Dag 1

Op een zekere dag vroeg iemand aan me wat ik later wilde worden."Ik zie wat de toekomst me toe werpt" zie ik en haalde mijn schouders op. "Je niet kan wachten op de toekomst totdat het je iets toe werpt" snauwde een meisje. Ik antwoordde: "We zullen zien" Iedereen begon toen te smoezen en toen riep een jongen: "Met zo'n uitstraling kom je er echt niet, hoor!" Ik stond op en riep terug: "Ik wil ook nergens heen of iets worden, ik wil gewoon mezelf blijven" Boos liep ik naar huis en at avondeten. Mijn vader was weer eens weg en mijn moeder was nog op haar werk.

Dag 2

Toen ik de volgende dag opstond, ging alles weer van voor af aan. Toen ik terug thuis was van school zag ik mijn ouders in de tuin staan.  Ik liep door de keuken naar de tuin en zag ze ze dood op de grond. Ik was niet erg geschokt en ook niet bang. Alleen verbaasd, want overal lag er bloed maar nergens was er een wapen te zien. Toen ik me omdraaide lagen er overal messen met bloed.  Ik liep naar de woonkamer en zag een man staan. De man was zwart gekleed en keek me recht aan. Zijn ogen waren donker maar helder blauw. Hij vroeg met een zachte en vriendelijke stem wie ik was. Ik stelde me voor en vroeg wie hij was. Hij zei dat hij officieel De Duivel was maar dat ik niet bang te hoefden zijn. Ik zei dat ik niet bang was en iets in zijn ogen vertelde me dat hij het me geloofde. Hij vroeg of ik verdrietig was. Ik vertelde hem de waarheid. Ik was niet verdrietig. Ik vroeg hem waarom mijn ouder dood waren. Hij vroeg of hij het zittend mocht uitleggen. Ik ging zitten op de bank. Hij zat op de tafel, recht tegenover me. En hij begon: "Ik ben zoals ik al zei De Duivel, maar noem me maar Duncen. Om de 25 jaar word er iemand anders gekozen om De Duivel te spelen. Je kan dan niet sterven of ouder worden. Ik ben nu De Duivel voor 19 jaar. Ik kan anderen doodden maar dat doe ik niet zo vaak meer. Je ouders zijn gedood door wat je noem Hawks.

Hawks zijn personen die erg sterk zijn maar het meestal gemunt hebben op mensen of zwakkeren.

Je ouders werken voor zulke personen en ze zijn gewoon slachtoffer geworden van de situatie.

Omdat ze er achter kwamen dat ze Condesors waren hebben ze hun meegesleept naar hier.

Omdat ze nog leefden hebben De Hawks ze hier neergestoken, zoals je al zag.

Maar waarom ik hier ben, is niet omdat De Hawks hier zijn geweest, maar de lichamen van je ouders.

Omdat je te jong bent om ze te kunnen laten begraven, moet ik ze meenemen.

Maar omdat je nog altijd familie bent, moet ik om toestemming vragen.

Dus bijdeze"

Ik wist eerst niet wat ik moest zeggen. De Duivel, me ouders zijn dood, Hawks...

Ik zei: "Ik weet niet, je klikt erg geloofwaardig maar of je zomaar me ouders mag meenemen..."

Hij lachte en zei: "Ik dacht al dat erg slim was voor je leeftijd"

Ik: "Je hebt een erg mooie stem, erg zacht en diep"

Hij keek me aan en glimlachten. Dank je, je bent de eerste die dat zegt"

Volgens mij, ben ik de eerste die je zo eerlijk aanspreek"

Zijn gezicht werd serieuzer. Klopt en je bent, denk ik, ook de laatste"

Zonde"

Hij gniffelde weer even.

Weet je het al,Evy?"

Zeldzame zegen of ondraagbare straf? --Dutch-- --Gestopt---Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu