Hoofdstuk 2

18 2 0
                                    

'Hij heeft een hersenschudding, waardoor hij enkele dagen niet kan werken en uit fel licht moet blijven. Ook best geen harde, luide of felle geluiden, want hij zal wel enkele dagen last hebben van felle hoofdpijn. In zijn rug hebben we niets gevonden, wat bijna een wonder is na zo'n val. Hij zal wel een grote blauwe plek hebben op zijn rug waar hij is gevallen, maar dat geneest wel. Hij moet ook komende dagen een nekbrace dragen. Door de val heeft zijn nek een serieuze klap gekregen.' De dokter pauzeert even om alles te laten inzinken bij mij. 'Heb je verder nog vragen?'

Ik schud mijn hoofd. 'Nee, bedankt. Mag ik wel naar hem gaan?'

'Ja, natuurlijk. Hij ligt op de kamer 27, hier de gang volgen en na de bocht is zijn kamer aan de rechterkant.'

Ik knik en bedank de dokter voor ik snel op sta en naar zijn kamer ga.
Zodra ik de kamer binnenkom zie ik pap liggen met zijn ogen toe. Hij heeft een witte brace aan zijn nek en hij ziet wat bleek. De gordijnen waren dicht en de lichten uit zodat het donker was in zijn kamer.

'Dag pap.' Zeg ik stilletjes terwijl ik naast hem ga zitten. Zijn ogen gingen lichtjes open en er komt een kleine glimlach te voorschijn op zijn lippen.

'Dag Beertje.' Zegt hij zachtjes. Toen ik klein was noemde hij me altijd beertje. Dus zodra ik het hoorde begon ik wat te lachen en pakte zijn hand vast. Het is zo lang geleden dat hij me nog Beertje heeft genoemd.

'Hoe gaat het?' Vraag ik.

'Gaat wel.' Zegt hij.
Het was even een gênante stilte. Het enige wat in mijn hoofd spookte was dat ik bijna mijn papa ook kwijt was dankzij paarden. Maar iets was veranderd. Ik ga nu liever mee naar de manege, niet vanwege de paarden, maar simpelweg omdat als er iets met papa zou gebeuren, dan ben ik er als eerste bij en als het moet kan ik tenminste afscheid nemen.... Van mama heb ik nooit afscheid kunnen nemen... Ik zucht. Gelukkig hoef ik momenteel toch niet mee naar de manege, omdat pap ook niet kan gaan.

*Enkele dagen later*

'Je nek ziet er veel beter uit, meneer. Je mag de brace aflaten tenzij je weer pijn begint te krijgen.' Pap knikt naar de dokter. 'Hoe gaat het met de hersenschudding? Nog veel last van het licht en hoofdpijn?'

'Dat valt goed mee. Enkel nog wat hoofdpijn maar dat is af en toe.' De dokter knikt terwijl hij van alles noteert.

'Hier. Neem dit medicijn voor 5 dagen 1 keer per dag.' Zegt de dokter terwijl hij met zijn pen aanduid welk hij bedoeld. 'Daarna mag je terug gaan werken.' Pap glimlacht naar de dokter.

'En mag ik dan wel al terug paardrijden?' Ik rol met mijn ogen, ik had niets anders verwacht. De dokter lacht even.

'Dat mag terug maar enkel rustig en niet te intensief. Als je voelt dat je terug hoofdpijn krijgt dan moet je wel terug stoppen.' Pap zucht opgelucht.

We zeggen dag tegen de dokter na dat we hem betalen. De terugweg naar huis is redelijk stil. Pap rijd met een zonnebril tegen het licht omdat hij anders nog teveel hoofdpijn krijgt.

'Nu ga je niet meer mee gaan zeker? Naar de manege?' Vraagt pap. Hij vraagt het alsof hij het antwoord al wist. Ik zwijg even en denk na over hoe ik mijn antwoord zou formuleren.

'Eigenlijk...' Begin ik. 'Ga ik nu elke keer mee gaan. Stel dat er weer iets gebeurd maar dan erger. Dan ben ik er als eerste bij.' Zeg ik zachtjes. Ik weet dat hij hier heel blij mee is. Dat zie ik aan zijn ogen, ze beginnen te fonkelen. Hij glimlacht tevreden. Ik wil er nog bij zeggen dat als het zo erg is als bij mam, dat ik dan tenminste afscheid kan nemen. Maar het lijkt met niet zo een goed plan om dat te zeggen.

De volgende dag staat pap al vroeg op. Hij begint na zijn ontbijt met het hele huis schoon te maken. Gewoon om zich bezig te houden tot ik op sta. Ik ben al even wakker terwijl ik hem van alles hoor doen, dus besluit ik om maar gewoon op te staan.

Amazone: Dans Met MeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu