Fred en george

               Hoofdstuk 1 voor de eerste keer
Opstaan Ron jij ook Ginny Percy Charlie Bill opstaan Fred George.geen geintjes oké.boef ik hou er niet van als jullie die fop stoken aan mij geven.Arthur kom.papa is bezig met de auto.als die hier een inval zou doen zou die zich kunnen arresteren.jullie gaan voor de eerste keer naar Zweinstein.leuk he.ja heel leuk.je riep me.hey schat.de klok verzette naar de woonkamer.het is half 10!snel eten kom opschieten hoe komen we daar.met de auto oké.even later zaten al de 9 wemel's in de auto.hij kan vliegen dit knopje boem!boef! Hij kon vliegen. Fred George mond dicht.ja.rij maar gewoon.even later zaten we in de trein. Oké Fred dit is mijn idee.wij gaan. Hoi mag ik er bij.tuurlijk wie ben jij.Leo Jordaan eerstejaars van Zweinstein. Wij zijn Fred en George.even later kwam Percy binnen. Hoi.zometeen moeten jullie met Hagrid mee.even later waren we bij een station. Dat is Hagrid Bill had veel over hem vertelt. Bill zit in het zevende jaar. Charlie in de vijfde. Percy in de derde. Wij in de eerste. Wij hebben der echt zin in.toen vaarde we over het meer.
Toen waren we binnen.welkom op Zweinstein. Toen was de opening ceremonie. Als eerste Leo Jordaan.Griffoendor.naar een lange tijd. Fred wemel Griffoendor. George wemel Griffoendor.laat het eten beginnen. Bill is klassenoudsten van Griffoendor.eerstejaars mij volgen. Toen waren we in de leerlingenkamer. Iedereen naar bed.

                   Hoofdstuk 2.   Een boodschap van Bill

Hey jongens hey Bill.hoe vinden. Jullie de lessen.leuk.goed zo maar kijk uit er zit een half bloed prins op Zweinstein.
Wat is dat. Heel lang geleden werd Zweinstein opgericht maar er was iemand die was het ergens niet mee eens.hij wou alleen vol bloed kinderen. Hij had gezegd in 2001 zal er drie mensen sterven twee volbloed. Een half bloed.dit is de legende de half bloed prins.dus pas op.oké.maar waarom ga je naar ons.gaat je niks aan.en morgen is de Halloween toneelstuk van de tweede.imperios haal me naar beneden nee klassenoudste Bill.rennen!waar gaan jullie heen!
Mevrouw Anderling.die kant is het lokaal van krinkel.even later zaten we in het lokaal.
Laten we beginnen allemaal jullie boek en vandaag gaan we leren?de crucio vloek.
Boef boef!rennen vuurwerk afgestoken.

Hoofdstuk 3 de brulbrief en de sluipwegwijzer

Dat was echt grappig.heel grappig.maar rennen.zijn jullie daar? Bill rennen.ik zocht jullie al.vilder meekomen.
Even later zaten we in zijn kantoor.achternaam en voornaam.hoezo ik maak een map  voor jullie. Fred wemel,George
Wemel.vuurwerk afgestoken.schade veel.oké ik breng deze map naar Anderling.en waag het je niet te ontsnappen.baf.wat is hij gemeen.zeg dat wel. Ik kijk ff rond. Kijk die kast. Allemaal in beslag genomen spullen.
Kijk dit is de sluipwegwijzer waar papa ons vroeger veel over vertelde. Stop in je zak oké. Hoi vilder. Jullie krijgen geen straf. Maar let op mijn waarschuwing. Ik vermoordt jullie de volgende keer. Oké even later zaten we in de zaal. Ja Leo dat gebeurde. Daar uilen. We hebben wat gekregen. Een brief die brult. Maak open. Hoe durven jullie vuurwerk afsteken dit is nog nooit gebeurd denk je dat de minister jullie toelaat nee als ik nog een keer een uil krijg vermoordt ik jullie. Nou dat is duidelijk.

    Hoofdstuk 4 Een halfbloed prins

Het was nacht wij trokken ons niks aan van de brul brief en vilder.we wouwen vuurwerk afsteken.maar toen zagen we iemand lopen. Het was geen mens maar oké. Ook geen geest. Een monster nee. Een reus nee hij was te klein. Wacht eens hij draagt een schooluniform. Toen draaide die zich om. Rennen kom. Baf we knalde recht tegen sneep aan. Zozo in de nachtwandel. Wat doe jij hier. Weet ik niet. Gewoon eens kijken. Wat is u vader. Volbloed en je moeder een modderbloedje.mijn vader is koning der volbloed. Rennen waar gaan jullie heen. Wacht. Nu heb ik jullie. Naar Perkamentus.Even later stonden we voor een tafel. Niet waar we probeerde hem te beschermen. Ze liegen! Een leraar kan zich zelf verbergen. U stapte toch voor niets uit bed.  Ik kwam controleren. Niet waar. U moeder is een modderbloedje. Hou je mond over mijn moeder. Hij greep ons zo bij de keel. Stoppen sneep. Ja Perkamentus. Hij zij dat zijn vader  is koning der volbloed zegt die. Hij is de halfbloed prins. Bill heeft ons over de legende vertelt. En nu snappen we het. Hij is de halfbloed prins wij zijn die twee volbloed. Nee niet waar jongens. We hebben iemand gezien. Wie? Iemand in een schooluniform. En op zijn badge stond za Zwadderich. Nee. Hij begon te praten tegen schilderijen hij riep de afdelingshoofden. Luister za is op de school geen enkele leerling mag hun kamer verlaten. Praat tegen ons!

Hoofdstuk 5 een duel tegen een oud schoolhoofd

We rende het kantoor uit. Wacht! We rende tegen iemand op. Zozo ik heb de volbloeds gevonden. Crucio. Weg. Expecto patronum. Crucio. Dit mogen we niet doen. Maar doe maar. Avarda kadapa. Horus porum.lumios.kijk in mijn ogen. Nooit! Wie ben je. Ik ben zalazza Zwadderich.wat crucio. Nee George. Je zal boeten.avarda kadapa crucio eclectisch lumios. Er verscheen een flits. De tekens van de afdelingen kwamen bij elkaar. Er kwamen 4 flitsen en hij was weg. Je hebt hem verslagen maar George breng hem naar de ziekenzaal.