Ik zat in de klas. We hadden tekenen. Mijn lievelingsvak. Het was druk in de klas. Zelf was ik stil. Ik voelde me anders dan normaal. Dat gevoel had ik nog nooit eerder gehad. Het voelde erg onprettig. Eigenlijk wist ik niet zo goed hoe ik er mee om moest gaan. Ik hield me maar stil. In de pauze zei ik ook niet veel en was erg afwezig in de verdere lessen. Er werd een aantal keer aan me gevraagd of alles goed met me gaat. Zelfs door leraren. Dat komt omdat ik normaal altijd erg goed mee doe in de lessen. Elke keer zei ik maar "Ja, ja alles gaat goed met me" Maar meteen was ik steeds weer afwezig. Ik dacht nergens aan en er was een lege blik in mijn ogen te zien. Ik wist dat er iets ging gebeuren. Maar wat.
Toen ik eindelijk thuis was lukte het niet om huiswerk te maken. Ik ging maar voor de televisie zitten. Maar ook daar kreeg ik weinig van mee. Ik was niet mezelf. Normaal was ik altijd enthousiast en in voor nieuwe avonturen. Ik ben nooit echt stil. Behalve die ene dag. Het was moeilijk om dingen te denken en gevoelens te voelen. Die dag was ik helemaal van de wereld. Ik bestond gewoon even niet.
Die avond had ik niet veel meer gegeten. Zelfs dat lukte niet. Ik wilde zo graag weten waarom ik die dag zo anders was en waar het gevoel vandaan kwam. Ik was bang. Het duurde zolang. Die avond was ik maar optijd naar bed gegaan om te rusten na deze rare dag.
De volgende dag was ik erg moe. Ik had bijna niet geslapen. Ik klede me aan en at vlug een boterham. Het leven ging gewoon door. Al bleef ikzelf stil staan in het verleden, maar met mijn gevoel was ik in de toekomst. Ik wist het gewoon. Maar wat die toekomst precies brengen zou is het enige wat ik wilde weten. Alleen dan zou ik weten waarom ik dat voelde.
Ik pakte mijn fiets en fietste naar school. Mijn vriendin, die naast me fietste, vroeg een paar keer wat er met me was, maar ik had niets gehoord. Nog steeds was ik weg van de wereld. En dat merkte iedereen om mij heen. Behalve ikzelf. Tijdens de lessen kreeg ik een paar keer de beurt maar ik reageerde niet op de vragen. Iedereen lachte daarom, maar nog steeds had ik zelf niets gemerkt. Het was nog veel erger als de dag ervoor.
Toen ik weer thuis was, was ik meteen naar mijn kamer gegaan. Het kon me niets schelen wat nog iemand tegen me zei. Ik was in slaap gevallen. In mijn dromen flitsten allemaal beelden door mijn hoofd. Beelden van vroeger en beelden die ik zelf nog niet had meegemaakt of gezien. Ik zag een beeld dat ik bij opa op schoot zat. Opa die naar me lachte. Opa die samen met oma naar mijn verjaardag waren. Het was mijn mooiste verjaardag ooit. Van die verjaardag was er nog een foto van voorbij geflitst. Ik moest daar huilen. Opa die had het gezien en ging me troosten. Die foto hangt boven mijn bed. Elke dag heb ik er nog maar gekeken. Er kwamen ook beelden van een ziekenhuis en een ambulance. Ik schrok wakker en was helemaal bezweet. Op dat moment was ik weer helemaal mezelf, maar ik wist wel dat er iets ernsitg met opa was. Meteen was ik naar beneden gerent. "Mama! Mama!" riep ik. "Mama er is iets met opa je moet hem helpen!! Mamaaa!!!!" Ik was helemaal overstuur. Opa was mijn enige uitlaatklep. Altijd heb ik hem alles verteld. Hij hielp me met alles. Ik kon altijd bij hem terecht, maar toen was het moment daar. Mama zei dat ik maar even moest gaan zitten en tot rust moest komen. Terwijl mama alles was aan het uitleggen rolden er vele tranen over mijn wangen. Ik weet nog precies hoe mama het zei. "Schat ik moet even iets tegen je zeggen. Ga maar even rustig zitten. Ik weet dat er iets met opa is. Ofja was..." Op dat moment wist ik wat er aan de hand was. Er viel een pijnlijke stilte maar mama ging uiteindelijk verder. "Het ziekenhuis heeft net gebeld. Opa heeft een hartstilstand gehad. Gelukkig had hij op dat moment bezoek. Die mensen hebben de ambulance gebeld. Die was wel optijd, maar opa was te zwak. Na een uur in het ziekenhuis hebben gelegen is hij gestorven. Het spijt me lieverd..." Ik kon niets anders doen dan huilen. Ik besefte op dat moment nog niet dat hij er nooit meer zou zijn. Op dat moment dacht ik dat het de ergste nachtmerrie van mijn leven was. Opa die er nooit meer zou zijn. Het doet me al te pijn om er nog aan terug te denken
=============================================================================
Dit is een verhaal over mijn opa, het echte verhaal is wel een stuk anders gegaan. Zelf heb ik maar 1 opa gekend maar hij stierf al toen ik 6 jaar oud was. Nog steeds denk ik elke dag aan hem al is het al meer dan de helft van mijn leven geleden. Op het moment dat ik het hoorde besefte ik niet dat hij er nooit meer zou zijn. Dat besefte ik me pas een jaar geleden. Ik weet niets meer van hem, behalve lampjes die ik ooit voor mijn verjaardag gekregen heb. Die hangen voor mijn slaapkamerraam maar die doe ik nooit meer weg. Opa ik wil nog een ding tegen je zeggen "Je was de beste persoon die ik kende. Nooit ben je ver van me weg want je zit voor altijd in mijn hartje.. ..I MISS YOU!!...."