hoofdstuk 1

11 2 1
                                    

"Je hoeft alleen maar door de muur heen te rennen wij wachten daar op je" mijn moeder lachte en gaf me een zoen " tot zo" zij mijn vader en ze verdwenen door de muur. Oke gewoon op de muur afrennen en... ik stopte snel want op dat moment liep er een dreuzel jongen langs. Oke gewoon wagte tor hij weg is ik loop wel een extra rondje.
Hij staad er nog steeds nog een rondje dan maar.
Nog steeds niet weg ik moet nu wel echt door de muur heen. De vreemde jongen liep op me af en zij "hallo sorry dat ik stoor, maar ga je toevallig ook naar zweinstijn?"

Even stond ik verbaast maar toen vond ik mijn stem weer terug. "Ja inderdaad ben jij ook een tobenaar?"
"Ja alleen wacht ik even op mijn ouders ze moeten nog komen." Opgelucht haalde ik adem "mijn ouders wachten op me op het perron ik denk dat ik maar moet gaan."
"Ja tuurlijk ga maar" zij de jongen met een scheven grijns. Ik wende me ban hem af en rende naar de muur toe.

"Ben je daar eindelijk de trein vertrekt al bijna" zij mijn moeder. "Ja sorry lang verhaal ik schrijf het wel aan jullie" zij ik snel "mag ik nu de trwin in?"
"Ja tuurlijk lieverd ga maar" zij ze en ze gaf me een zoen. "Veel plezier" zij mijn vader. Snel liep ik de trein in op zoek naar een coupe.

"Sorry is deze coupé bezet?" Vroeg ik aan het meisje dat in de coupé zat.
"Nee hoor ga maar zitten" zij ze blij. Ik liep naar binnen en ging tegenover haar zitten.
"Hoe heet je?" Vroeg ze
"Jason Prosper"
"Allie Moon leuk je te ontmoeten." Ze was best klein en hat hoog blond haar mef een schuinen pony. " zijn allebij je ouders tovenaars?" Vroeg ze.
"Ja, en bij jou?"
"Alleen mijn moeder ze vertelde het aan mijn vader toen ze getrouwd waaren. Maar hij vond het wel leuk."
De deur van de coepe ging open en de jongen van het peron stomd er "mag ik er mischien bij komen?" Vroeg hij
"Ja natuurlijk" zij Allie vrolijk.
"Dankje ik ben Dayn, Dayn Blueman"
"Allie Moon"
Jason Prosper"
"Waar hadden jullie het over?" Vroeg Dayn "onze ouders" zij Allie "zijn jou ouders tovenaars? "
"Nee dreuzels toen ik mijn brief kreeg dachten we dat het een grapje was maar het bleek echt te zijn." Nu had ik tijd om Dayn eens goed te bekijken hij was best groot en hat kort bruin haar. Net toen ik weer wat wou zegen ging de weer open. Er stond een meisje met lang zwart golvend haar.

"Alle coupés zijn vol mag ik hier gaan zitten?" Vroeg ze
"Ja kom binnen" zij Allie weer vrolijk.
"Dankje, Cloë Greenwall is de naam volvloed."
"Allie Moon halfbloed"
"Jason Prosper volbloed"
"Dayn Blueman en mijn ouders zijn dreuzels."
"Werkelijk hoe leeven jullie dan?"
Vroeg Cloë geïnteresseerd. En de rest van de reis bleven we kletsen. Er gebeurde niet veel er kwam nog een meisje langs die vroeg of we een pad hadden gezien maar ze ging al snel weer weg.

Na de bootreis en de korte loop naar de groote zaal stonde we voor de kruk met de sorteerhoed. "Ik roep nu om en om jullie naam en dsn worden jullie ingedeeld" riep professor Anderling. "Cloë Greenwall"
"Nou, tot zo" zij ze tegen ons. Ze liep naar voren en ging zitten.
"Hum even denken... ZWADERIG!"
Riep de hoed en de meest rechtse tafel juigte toen Cloë ging zitten.
"Allie Moon"
"Ik hoop dat het een leuke woord" zij ze en ze liep naar vooren. "Ah een Moon het is alweer een tijdje geleden dat ik je moeder heb ingedeeld" zij de hoed "ja klopt ze had me zelf verteld.." en Allie begon een heel verhaal op te draagen maar de hoed stopte haar door heel hard "HUFFELPUF!" te roepen de op een na linkse tafel juigte toen Allie ging zitten.
"Dayn Blueman"
"Dag" zij Dayn zachtjes toen hij naar vooren liep. "Even denken...ik weet het al RAVENKLAUW!" De op een na rechter tafel klapte toen Dayn ging zitten.
"Jason Prosper"
Ik liep naar vooren en ging zitten "even denken" hoorde ik de hoed zeggen "dapper, een goede kand dat je je gaad bewijzen, weet je wat, GRIFOENDOOR!" De linkse tafel begon te klappen toen ik ging zitten. Ik was blij maar ook verdrietig wand ik zat niet bij de rest. Ik keek naar Dayn die me een zwak lachje gaf waarschijnlijk dacht hij het zelfde. Na het eten liep ik met de rest naar de slaapzaal. Ik ging liggen op mijn bed en viel in slaap.

Toen ik de volgende dag naar de groote zaal liep kwan ik Cloë, Allie en Dayn tegen."hey hoe is het" vroeg ik aan ze. "Goed en met jou?" Zij Dayn "goed wel jammer dat we niet bij elkaar zitten"
"Ja maar dat betekend tog niet dat we geen vrienden meer kunnen zijn?" Zij Allie "zullen we anders na de lessen bij de dikke boom naast het zwarte meer afspreken."
"Ja doen we dan zie ik jullie daar" zij Cloë en ze liep weg.

Na de lessen liep ik naar de boom de rest zat er al. "Hoi" zij ik "waar hebben jullie het over?"
"Mensen van onze agdrling" zij Cloë "bij mij zit er een of ander  vaag jog met een spits gezicht en blond haar dat de heletijd mensen beledigt en dan naar mij kijkt voor een reactie."
"Bij mij zit er een meisje met stijl zwart haar ik denk dat je wel aardig is maar ik heb niet echt met haar gepraat."
"Bij mij zit er een knappen jongen met bruin haar. En hij speeld zwerkbal voor huffelpuf. En bij jouw Jason?"
"Nou ik slaap op de zelfde kamer als Harry Potter maar ik vind het eigenlijk niet zo bijzonder."
"Snap ik wel hoor" zij Cloë "maar wat vinde jullie van de leraren?"

En de rest van de dag tot het eten bleven we bij de boom zitten kletsen. En day was het begin van een mooi vriendschap.

Hoi hoi, de schrijver hier.

Bedankt dat je het eerste hoofdstuk van mijn verhaal hebt gelezen ik moet wel zegen ik schrijf dit verhaal niet helemaal alleen. Ik krijg een beetje hulp van een vriendin. Maar haar naam is veel te lang om te onthouden

(en ik heb geen zin om hem nu op te zoeken)

dus die zeg ik wel een andere keer maar ik ben nu al veel te lang aan het praten dus ik ga.

Doei doei, groetjes: de schrijver

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Oct 21, 2020 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

four housesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu