De jongen en de boom

Ziekenhuis

Ik zag een man in een witte jas. Toen ik na een tijdje pas scherp kon kijken zag ik dat ik in een ziekenhuis kamer lag. Ik pakte een bordje dat naast mijn Bert stond en daar stond op: zware hersenschudding en bovenkaak gebroken! Oorzaak: gevallen op de stoep! Maar maar dat klopte niet ik was niet gevallen op de stoep ik ik was geslagen door mijn vader. Op dat moment kwam mijn vader binnen. Hij keek erg boos. JIJ DURFT WEL" zei ik hard. Als jij dit vertelt aan iemand dan krijg je nog meer klappen! Zei papa . Ik dook onder de deken in de hoop dat hij weg ging. Ik hoorde de deur open gaan. Het was de dokter! Hij zei dat ik over een week pas naar huis mocht! mijn vader bedankte hem voor de informatie en de dokter verlaatte de kamer. Jij stom en duur kind! Roept mijn vader. Ik draaide me om en ging slapen. Ik sliep lang erg lang. Ik werd pas 3 dagen later wakker. De dokters konden het niet geloven. Ze hadden nog nooit zo'n lange slaap meegemaakt! Ik zag dat ik allemaal buizen en plakkers aan mijn lijf vast zitten. Ik rukte ze eraf en ik ging van mijn bed af. Ik liep door het ziekenhuis en ging zoeken naar bordjes. Ik wilde namelijk weten op welke afdeling ik zat. Aha! Daar was een bord. Even kijken..... 1e verdieping...2e verdieping.....3e verdieping: coma patiënten! Had ik ik coma gelegen! Ik rende terug Naar mijn kamer en en daar stond een dokter. Ik pakte hem vast en vroeg: heb ik in coma gelegen! De dokter twijfelde met antwoorden:" eehm...eehm.... waarschijnlijk wel! Je hebt geluk dat je snel wakker geworden bent! Ik ging in bed liggen en muziek luisteren!

Een week later mocht ik weer naar huis. Maar jammergenoeg mocht ik nog steeds niet naar de boom. Mijn moeder wist nog niet dat papa mij geslagen had en dat ik daardoor naar het ziekenhuis moest. Mijn moeder is wel lief voor me! Ze noemt me haar aller beste vriend. Ik liep naar mijn kamer en ging het raam open doen. Daar zag ik mijn boom! Helemaal alleen! er kwam een frisse wind binnen. Maar met een geluid. Ik luisterde goed en hoorde een stem." Kom naar mij."

"Vanavond." En toen hield de wind op! 'S avonds ging in gewoon eten en toen naar bed! Maar.... maar..... Ik hoorde stemmen.