De personen in het boek.

8 3 0
                                    

De oudste van de broers heet Jaap. Jaap is eenentwintig. Hij is een superklein mannetje maar toch eenentwintig. Hij speelde samen met de middelste broer de baas over de jongste broer.

De middelste broer heet Bink. Bink is zeventien. Bink en Jaap zijn het bijna altijd  met elkaar eens met wat ze met de jongste broer doen. Bink is een heel groot mannetje.

De jongste broer heet Kai. Kai is twaalf. Kai word vaak gepest door zijn grote broers Jaap en Bink. Zij vinden het leuk om hem te pesten. Hun moeder is ook altijd gemeen voor hem.

De moeder van Jaap, Bink en Kai heet Lusinda. Het is een erg mooie vrouw, maar ze vind zich zelf lelijk. Jaap en Bink zeggen vaak dat ze supermooi is. Maar ze geloofd ze niet. Ze mishandeld Kai alsof ze er een prijs voor kon krijgen. Kai vind het helemaal niet aardig van zijn moeder en broers. Hij krijgt altijd de restjes van het eten. Kai is heel slim en kan veel met computer en programmeer dingen. Kai is een lieve dierenvriend.

Zijn moeder zei:  kom op kind, zo zielig is het niet om te leven van restjes eten. Kai  zei vaak: doe het lekker zelf.
Als Kai dat zei moest hij naar zijn kamer. Jaap zei: die vent is brutaal, hè moeder! Ja Jaap, dat is zo zei Lusinda.
Bink, wil je je moeder een plezier doen en een vuil bord met een eten voor de deur van Kai zetten? Ja moeder, dat wil ik wel! Moet het een klein beetje eten zijn of het hele bord vol? Het hele bord vol, Bink zei Lusinda.

Kai zat boos in zijn kamer. Hij was boos. Zijn moeder luisterde nooit naar hem, en zijn broers ook niet. Hij ging niet naar school, en had geen boeken. Hij had niks. Alleen een moeder en twee broers en een familie en een kamer. En hij had een bibiotheekpas. Hij bedacht toen iets. Hij kan naar de bibliotheek gaan! Dat vind hij leuk. Kai, het eten is klaar! Okè moeder.

De Drie BroersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu