waarom ik.

h3 waarom ik

Ik kom aan bij mijn huis.

Ik doe de poort open en besef ik heb hem niet op slot gedaan.Ik gooi mijn fiets neer en kijk of er dingen weg zijn.Gelukkig is er niks weg.Ik loop weer trug en doe mijn fiets in de schuur. En doe dit keer de poort en de schuur opslot.Het is stil binnen ik roep super hard maaam!!

Maar het blijft stil ik bel mijn moeder.met ingrid hallo mam met mij waar blijf je sorry schat ik kom er aan moest boodschappen doen oke doei!

Ik loop naar boven en ga aan mijn bureau zitten ik zet de muziek hard aan en begin aan mijn huiswerk.

Voor dat ik het wist was het al avond en riep mijn moeder: aan tafel!!

Ik loop naar beneden en ga aan tafel zitten we eten spruitjes bah!

Na het eten ga ik op de bank zitten en kijk tv het gaat over een man die verhuist en een nieuw huis moet bouwen best leuk.

Mijn moeder zegt ga je naar boven het is laat zat.

Ik loop zonder te zeuren naar boven en kleed me om en ga in bed liggen.

Ik kan nog lang niet slapen dus ik pak mijn mobiel en luister wat muziek tot ik in slaap val.

Ik word wakker van een bekend gezoem en ik weet dat het zeven uur is. Ik kleed me uit en ga onder de douche. Na het douchen kleed ik me aan en ga eten. Mijn moeder is er nu wel ik zeg goeiemorgen en zei trug.

Ik moet snel eten en mijn spullen inpakken. Oh fijn moeder heeft mijn tas al gedaan en ik kan gelijk weg.Ik pak mijn fiets en ik rijd weg naar school.Maar voor school staan jongens.Ze pakken mijn stuur zodat ik niet meer weg kan. Ze lachen me uit en beginnen te schelden lelijk wijf je rot weg. Je bent het leven niet waard op rotten. Ze laten me los en ik rijd weg en ik voel een traan over mijn wang rollen.Ik denk in mezelf ze kletsen uit hun nek.Ik zet mijn fiets weg en loop naar mijn lokaal.

Voor dat ik het wist was ik al uit en ik fiets snel naar huis.Maar wie staan daar het zijn de jongens.Ze sleuren me van mijn fiets af en gooien me op de grond. Ze schelden mijn weer uit. Ik lig huilend op de grond ik wou opstaan maar toen zei een jongen:als je niet doet wat we zeggen krijg je grote problemen.Maar toch ik probeerde weg te gaan maar ik kreeg een klap en viel op de grond.De jongens liepen weg en ik fiets weg met tranende ogen.Ik kom thuis en ren naar boven en plof neer op mijn bed.