Jan ging naar buiten om in de tuin te spelen. Hij zag zijn buur meisje rennen en hij rende achter haar aan ver het bos in. Waar hij op een geven moment alleen was jan keek om zeg heen en wist niet waar hij was. Maar hij hoorde water stromen. Hij ging naar het water en daar was het buurmeisje. Hij ging naast zitten en vroeg hoe heet je eigenlijk want je bent er nog niet heel lang. Ze schok en keek jan aan. Ik heet Jolien en jij? Jan. Jan zwem jij wel eens. Jan: nee want ik weet niet hoe dat moet. Oke jan ik ga je het leren. Dus elke dag gingen ze samen naar het zwemplekje waar hij zwemles kreeg. De eerste keren waren lastig maar Jolien hielp goed. En toen jan kon zwemmen. Zwommen ze samen de hele dag en nacht door. Ze waren daar samen tegen elkaar in slaap gevallen. Maar de ouders waren bezocht en gingen zoeken. Ze vonden ze tegen elkaar aangekropen op een dekken. De ouders haalden een kleed en kussens en lieten ze samen verder slapen op de kussen onder het hoofd en kleed op ze. Want ze waren zo schattig samen dat ze konden blijven liggen. En zo werd het dag en was het ochtend dat ze samen wakker werden. Terug gingen en de ouders lieten niets weten en ze gingen vaker met elkaar zwemmen en waren beste vrienden geworden voor altijd.

JE LEEST
Kabouter's verhalen
Ficción GeneralDit zijn zelf bedachte verhalen die ik heb bedacht via verhalen die me zijn verteld door mijn oma. Hoop dat het wat is.