Proloog: mijn wereld op zijn kop

85 5 0
                                    

Proloog:

Zit afwezig in het raamkozijn van mijn praktijk. Eet rustig van mijn boterham als ik naar de tuin kijk. Leg mijn hoofd tegen het frisse raam. Kaas en ham smaken goed. Neem nog een hap van mijn boterham. Ze kloppen op de deur.
'Raina ik ben het.' Hoor ik mijn vader zeggen als hij binnenkomt. 'Binnen.' Zucht ik dan maar blijf naar buiten staren.' Hij doet de deur achter zich dicht. 'Heb je geen zieke kindjes?' Schud mijn hoofd. 'Ik heb pauze nu.' 'Goed zo we moeten praten.' Zijn stappen voelen zwaar aan dus kijk ik hem nu wel aan. 'Is er iets mis?' Hij zet zich neer in de stoel aan de overkant van mij bureau. 'Ja en je gaat het echt niet leuk vinden maar ik kan gewoon niet anders, ik heb mijn uiterste best gedaan om het tegen te houden maar het ging gewoon niet. Het spijt me.' Begint mijn papa als een gek te babbelen. 'Waar heb je het over?' Vraag ik.
'Wel, over 3 maanden en een week word je 21. Dat wilt dus zeggen dat je binnen een week moet beginnen met kiezen...' Kreun luid en wapper mijn eigen handen druk. 'Stop stop stop! Ik ga niks kiezen!' 'Je hebt geen keus. Net als ik! Ik heb meer dan een jaar geprobeerd om dit te voorkomen maar dat is dus niet gelukt he!' Wrijf over mijn gezicht. 'Ja paps ik weet het.' Hij zit letterlijk met zijn handen in zijn haar. 'Als je niet wilt kiezen zal iemand anders je plaats moeten innemen...' Hij weet best dat ik dat niet wil...! 'Wanneer komen ze?' 'Overmorgen... Zo hebben ze de tijd om even aan het kasteel te wennen.' Kreun opnieuw. 'Waar gaan ze verblijven?' 'Mee met jouw in de westvleugel.' Blaas uit eens uit. 'Ziet ernaar uit dat ik geen keus heb hm?' 'Het spijt me...' Zucht papa. Zijn ogen staan echt verdrietig. Hij weet dat ik hem op wil volgen maar dan moet ik dit hier ook voltooien. Trouwen met een onbekende. Ugh. Ik snap deze traditie toch niet hoor maar het is wel zo. En er is duidelijk niets aan te doen. Draai de punten van mijn haar in mijn vinger.
Pap staat recht en legt zijn hand op mijn schouder. Leg mijn hoofd tegen zijn zij. 'Denk je dat ik gelukkig kan zijn?' Hij slaat zijn arm om mijn schouders. 'Ik ben toch ook gelukkig met je moeder meisje.' Grinnikt hij. Giechel even mee. 'Maar ze zei altijd dat jullie veel ruzie maakten eerst.' 'Ooh je hebt geen idee mijn prinsesje!' Lach harder. 'Vertel erover!' 'Hoelang heb je nog pauze?' Kijk op mijn horloge. 'Een uurtje.' 'Kom mee thee drinken met ons.' 'Ok maar ik neem mijn pieper wel mee. Er moest maar een noodgeval zijn.' Sta recht en steek het kleine apparaatje in mijn borstzakje van mijn witte doktersjas. 'Tuurlijk.'
Volg papa door de gangen van het ziekenhuis. Hier in deze delen zijn er enkel kinderen. De meeste ken ik bij naam. Zeker degene die hier al langer zijn. Ze buigen kort als we hen voorbij stappen. Voor mij hoeven ze dat niet te doen als ik mijn witte jas aan heb en dat weten ze maar papa is erbij en hij is nog altijd de koning dus ja... Laat mijn uniform achter bij de kapstok. Als we ons in de zetel zetten in de koffieruimte leg ik de pieper op tafel. 'Wel papa vertel het me maar!' Lach ik breed.

prinses... en welke prins?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu