Onderhandel Nooit Met De Duivel

102 5 5
                                    

Dit wordt voor een wedstrijd van mijn school. Wens me veel geluk en geef me je mening :)

_________________________________________________________________________

"Kom op nou Kit, je moet er over kunnen praten! Ik bedoel, het is inmiddels drie jaar sinds het ongeluk. Het leven gaat door. Ook zonder je ouders." Kit ging alleen nog maar sneller lopen, alles om maar zo ver als ze kon van die oude feeks vandaan te blijven. Waarom bleven ze haar nou naar die stomme psychologen sturen? Alleen maar omdat haar veel te rijke ouders het konden betalen betekende nog niet dat ze dat ook moesten doen!

Ze rende zo snel als ze kon naar huis, gooide haar kamerdeur met een klap tegen de muur en stampte naar binnen. Stomme pleegouders. Stomme kamer. Stom, ongelofelijk zacht hemelbed! Kit hoorde de voordeur open- en dichtgaan. "Kit, ben jij dat?" Wie anders? "Kom eens naar beneden, ik heb koekjes voor je." Ha! Daarmee kreeg je Kit echt niet naar beneden. "Het zijn van die van die lekkere. Van die grote bitterkoeken, vers van de bakker." Oké, daarmee misschien wel...

Kit schoot van de trap af met drie treden tegelijk (ook drie keer zoveel struikelend). Voor bitterkoeken deed ze alles. Maar toen ze (eindelijk) beneden kwam, stond haar pleegmoeder in de keuken, zonder bakkersdoos. Dat kon niks goeds betekenen. "De psycholoog belde." Kit lachte nerveus. "Ja, grappig verhaal..." Cassandra onderbrak haar. "Katinka, dit is de zoveelste keer. We hadden toch afgesproken dat je dit niet meer zou doen?" Kit's ogen vernauwden tot spleetjes. Dat vond ze niet leuk. "En we hadden toch ook afgesproken dat je me niet meer zo zou noemen? Mijn naam is Kit. Kit! Niet Katinka!

Cassandra zuchtte en deed haar mond open om wat te zeggen, maar Kit was al buiten. Wauw, ze rende wat af de laatste tijd. Sinds haar ouders met hun auto onder een vrachtwagen reden dacht iedereen dat ze psychologische problemen had, alleen omdat ze er niet over wilde praten. Ze wil er gewoon niet graag aan herinnerd worden. Daar was toch niets mis mee?

Hijgend kwam Kit bij de oude chocoladefabriek aan. De fabriek was jaren geleden gesloten, toen de eigenaar de pijp uitging, maar Kit kwam er nog vaak. Hij stond net buiten hun dorp (dat overigens stikte van de veel te rijken), zo'n kwartiertje van haar huis vandaan. Niemand anders ging er ooit heen, uit angst voor de geest van de dode eigenaar, die er volgens de verhalen nog zou ronddwalen. Kit giechelde, ze moesten eens weten.

"Nog een psycholoog?" Zei de stem achter haar. Ze draaide zich vliegensvlug om, maar hij was al weg. "Je moet er echt eens mee stoppen. Je kunt niet voor eeuwig blijven rennen. Je moet ooit stilstaan en uitrusten." Kit lachte. "Maar Henk, jij weet net zo goed als ik dat dát waarschijnlijk nooit gaat gebeuren." Ze hoorde geen gegrinnik en fronste. Dat was niet zoals het normaal ging.

"Kom eens naar boven, ik moet je iets laten zien. Ik ben op het balkon." Kit speelde met he tkettinkje om haar hals. Haar moeders kettinkje. Die kreeg het als klein meisje van Henk. Voor hij stierf en als geest Kits (enige) vriend werd. Want, zie je, Henk was ooit de eigenaar van de fabriek. Was, als in, voor hij het loodje legde...

Toen klom ze omhoog, via de oude, roestige, maar betrouwbare ladder, naar het balkon. Van daaruit kon je de hele chocoladefabriek zien. Vlak voor ze bij de rand van het balkon kon, voelde Kit iets aan haar trui trekken. Ze knalde tegen de muur en haar ketting bleef aan een spijker hangen. Ze hapte naar adem, maar het had geen zin. De ketting zat strak om haar keel heen. Net voor ze stikte, hoorde ze Henks stem. "Het spijt me zo... Ik heb echt geen keus!" En toen werd alles zwart.

Henk keek mistroostig naar Kit's lijk. De man achter hem glimlachte en gaf hem een schouderklopje. "Kom, kom, je maakt dit véél erger dan het is. Trouwens, nu ag je doorreizen, zoals ik beloofd had. Hij deed een paar stappen naar achteren en klapte in zijn handen. Zijn grijns werd alleen maar breder toen Henk naar beneden keek en zijn benen in dikke, zwarte rook zag veranderen.  Hij schreeuwde zo hard hij kon, maar de rook klom langzaam omhoog. De laatste woorden die hij hoorde, kwamen van de man.

"Zie je in de hel. Onderhandel nooit met de duivel."

Onderhandel Nooit Met De DuivelWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu