Eindelijk, eindelijk, eindelijk dat was het enige wat ze uit kon brengen, eindelijk kon ze weer voetballen, een mooi moment.
Toen ze om stipt 6 uur bij de voetbalclub kwam was er een fijn gevoel in haar buik zo lang had ze verlangt naar een voetbal, haar teamspeelsters, haar trainer. Zwaaiend kwam even later Silke bij haar staan, 'Echt leuk dat je er weer bent, zonder jou verliezen we alles!' 'Echt niet jij bent veel beter' zei Nina en gaf haar een duwtje. 'Dames, we zijn hier om te voetballen, niet om te kletsen' Zei de trainster op een vrolijke manier. 'Hop, hop komen!'
Aan het einde van de training fietste Nina op haar gammele fiets naar huis. Toen ze thuis was vroeg haar vader meteen hoe het was. Geweldig antwoordde ik.