Hoofdstuk 3 - De Vriendschap

0 0 0
                                    


Valeerian Zilverlinde

Vader had me altijd gewaarschuwd dat ik moest oppassen als ik me in het openbaar zonder bescherming vertoonde. Ik had dan altijd mijn schouders opgehaald en het weggewuifd, mijn aardekrachten waren sterk genoeg om mezelf te verdedigen. Ik liet me heus niet zomaar overvallen.

Tot vandaag.

Tot ik haar zag lopen.

Ik wist dat zij het was. Zelfs haar achterkant had ik meteen herkend.

En in die paar seconden dat ik naar haar deinende blonde haren staarde, was ik verdomme beschoten.

Nóg een reden om haar te haten.

Ik was te laat geweest, ik had mijn krachten te laat gebruikt en daarom bloedde mijn arm. Vele leraren hadden mij altijd geprezen om mijn kracht, om wie ik was. Al die aandacht was heerlijk, maar het was nooit de aandacht die ertoe deed. Mijn vader verwachtte niet anders. Ik hoorde zo goed te zijn.

Het verbaasde me dat er zoveel mensen éérst wegstoven en vervolgens toen ze zagen dat ik het was, mij begonnen te filmen. Waar was de tijd gebleven dat je voor elkaar vocht? Verloren, samen met de oorlogen. De saamhorigheid was tegenwoordig ver te zoeken, hoewel het vrediger was dan ooit in Vhuraagde, viel alles uit elkaar. Nauwelijks merkbaar natuurlijk, daar zorgde mijn vader wel voor. Criminaliteit en narigheid werd zo snel mogelijk de kop in gedrukt en de schuld werd veelal op mensen afgeschoven, niet op de Nova's. Want wie gaf er tegenwoordig nog om de gewone mens? Mijn vader, Mason, in ieder geval niet.

Ik dacht aan Amirah, het was jaren geleden dat ik haar voor het laatst gezien had. Zodra ik in haar ogen keek, wist ik dat er iets aan haar veranderd was, al kon ik er mijn vinger niet opleggen. Het had me nooit meer geïnteresseerd, tot ik haar achterkant zag, tot ik achter haar aan wilde gaan.

Toen ik weerloos op de grond lag, had ze bezorgd naar me gekeken. Ik wilde niet dat ze me zo zag. Ik was de kroonprins, sterk en onkwetsbaar. Niet dat zielige hoopje dat zo geschrokken was dat iemand een gat in mijn arm had geschoten.

Pijn deed het trouwens niet echt meer, ik was gewend aan pijn en dit was een speldenprikje wat bovendien snel weer zou genezen.

Ik wierp een kwade blik op één van de zwevende camera's die me volgden wanneer de Vuurnova mij naar het ziekenhuis bracht. Ze wilde me persoonlijk begeleiden en ik wilde zo snel mogelijk weg bij Amirah. Ik moest vriendelijk overkomen, ik moest toegankelijk en aardig zijn en dat kon ik niet bij haar in de buurt. Ze was slecht voor mijn imago.

"Vertel me exact wat er gebeurd is."

Ik wierp een blik op het scherm wat door een mens werd vastgehouden. Dit mens had net zo goed een robot kunnen zijn, uitdrukkingsloos, grijs en rimpelig. Zij was gebroken, een slaaf, al werd dat woord nooit gebruikt in Vhuraagde.

De vrouw op het schermpje was een heks die verantwoordelijk was voor de veiligheid in de stad, mijn veiligheid. Het was Elodie, ironisch genoeg de beste vriendin van Amirah. Gelukkig hield ze haar privéleven strikt privé.

Zij wel.

Voor mij was het echter onmogelijk.

Iedere stap werd gecontroleerd.

"Ik was gewoon een frisse neus halen, Elodie. Ik liep een rondje en bij de Zwanenbrug in de buurt werd ik opeens beschoten. Heb je daar al wat aan gedaan? Aan diegene die verdomme een gát in mijn arm heeft geschoten?"

De langharige heks bleef koel en sloeg haar armen over elkaar, die ze tegen haar smetteloze witte blouse drukte. Ze was nooit snel onder de indruk. "Wat deed je in Vredesnaam bij de Zwanenbrug?"

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jun 18 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

De Zuivering van LiberniaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu