Hoofdstuk 3

7 1 2
                                    

Ik loop de hal in, waar ik dokter McPhee met iemand zie staan praten. Langzaam nader ik hun en zie de meeste mensen het museum al verlaten. Dan loopt de persoon weg en zie ik McPhee met een pizza doos staan. Ik versnel mijn pas en sta niet veel later voor zijn neus.
'Fijn dat je er weer bent. Ik heb een pizza voor je gekocht en laten bezorgen, dus dat is geregeld. Check eerst maar alle ruimtes of er nog mensen aanwezig zijn. Ik moet naar huis, mijn vrouw wou vandaag een keer optijd eten. Succes,' legt hij aan me uit, waarna hij me een schouder klopje geeft en het museum verlaat.
Ik sta nog even stil en kijk hem na.
Zodra hij de deur uit is, kom ik in beweging en begin ik aan mijn ronde.

'Kom op zeg! Alleen maar om dat grietje. Je gaat geen geld lopen geven aan iemand, die niks kan. Dan hadt dat grietje beter moeten na denken,' klinkt er uit de ruimte van de miniaturen.
Ik ben bijna klaar met mijn rondje en moet alleen nog deze laatste ruimte in. Snel verstop ik me achter de muur en gluur er langs. Mijn ogen worden groot bij het zien wie het zijn. Nicky en zijn vader.
'Pa, er moet iemand zijn die haar moet helpen,' zegt Nicky tegen zijn vader, Larry.
'O ja, en dan wij zelf in de problemen komen? Geen denken aan Nick,' zegt Larry, tegen zijn zoon.
'Dan regel ik dat ze bij jou in huis komt wonen of bij mam,' klaagt Nicky door.
Zijn vader wilt wat zeggen, maar kijkt dan even wanhopig weg.
Snel trek ik mijn hoofd terug.
'Nicky, dat kan niet! Eén, is ze oud en wijs genoeg dat ze alleen kan wonen. Twee, het is niet jou probleem,' hoor ik hem vervolgens zeggen.
Ik zucht zachtjes. Het is me duidelijk over wie ze spreken, over mij. Ik hou me niet langer meer verscholen achter de muur en loop op ze af.
'Je bent de meest stomste vader die er bestaat! Ik snap al sowieso niet, waarom je mijn vader bent en-,' begint Nicky, maar hij kijkt weg van zijn vader en ziet mij aankomen lopen. 'Fijn hoor pa.'
Dan loopt hij me tegemoet en omhelst me. 'Je bent aangenomen! Wat goed,' zegt hij enthousiast tegen me. Hij laat me los en bekijkt me.
'Jup, dankzij jou mijn beste Nicky,' grijns ik en geef hem een boks.
'Ah, wat fijn! Dan hoef je ook niet meer te piekeren over de huur van je appartement. Zie je, er is altijd wel een oplossing,' zegt hij glimlachend.
'Waar hadden jullie het net over?', vraag ik dan aan hem.
Hij kijkt me verrast aan, maar schaamt zich vervolgens. 'Over jou en je probleem. Maar ik geloof dat dat al niet meer hoeft,' zegt hij en krabt wat aan zijn achter hoofd.
'Maar ik wil niet vervelend zijn, willen jullie zo vriendelijk zijn het museum te verlaten?', vraag ik aan hen beide.
'Tuurlijk,' zegt Nicky direct.
'Zeg, hoe kom jij daar aan?', vraagt Larry aan me en pakt mijn ketting vast, die hij bekijkt van de voor en achterkant.
'Van mijn moeder gekregen. Het is een ketting uit mijn familie, wat van generatie naar generatie is gegaan. Hoezo?', vraag ik aan hem.
'Ik heb die tafel in het groot gezien. De tafel van Ahkmenrah, die zich nu in het British Museum bevindt,' vertelt hij aan me. 'Ken je het verhaal van Akhmenrah?'
Ik schud mijn hoofd.
'Wacht, ik laat je de ruimte zien waar hij hier tentoon heeft gestaan,' zegt hij tegen me.
'Maar pa, we moeten eruit,' hoor ik Nicky zeggen.
'Uw zoon heeft gelijk. Ik vraag u nogmaals vriendelijk het museum te verlaten,' zeg ik en wijs naar de uitgang met mijn duim, over mijn schouder.
Hij zucht.
'Prima, maar de volgende keer laat ik je ruimte zien,' zegt hij en lijkt kennelijk niet meer boos te zijn.
Ze lopen voor me langs en ik check nog even verder ruimte, maar verder is er niemand meer. Ik verlaat de ruimte weer en loop de kant op, waar Nicky en zijn vader heen zijn gelopen. Daar tref ik hun in de hal aan. Larry staat bij Theodore Roosevelt en lijkt er tegen te staan praten. Terwijl Nicky op zijn vader bij de deur staat te wachten.
Ik werp een blik op mijn horloge en zie dat het al kwart voor acht is.
'U moet echt gaan, meneer,' zeg ik Nicky's vader, die zich omdraait.
'Ik hoop voor je, dat er niks raars gaat gebeuren. Zo wel, bel me,' zegt hij dan en geeft me een briefje, waarop een telefoonnummer staat.
'Bedankt, denk ik?', zeg ik, maar meer als een vraag.
'Hoezo?', vraag ik nog, maar zodra ik al opkijk is hij samen met Nicky het museum al uit gelopen.
Ik trek even een wenkbrauw op, maar haal dan mijn schouders op en stop het briefje in één van mijn zakken. Snel loop ik naar de deur en draai deze op slot. Dan draai ik me eigen om en loop naar de balie, waar dokter McPhee de pizza doos heeft neer gezet. Ik loop een klein stukje om de balie heen en zie dat ik er achter kan komen. Er staat een stoel en op de bureau staat er een ouderwetse telefoon met een draai schijf. Verder is het bureau leeg.
Ik neem plaats op de stoel en pak de pizza doos, die ik vervolgens openmaak. Het is een pizza salami en is een stukjes gesneden.
'Mmmm! Hij weet wat ik lekker vind,' zeg ik en pakje pizza stukje. Ik til de pizza stuk op uit de doos en breng hem naar mijn mond, die ik open. Met mijn hand steek ik de pizza stuk iets in mijn mond en sluit vervolgens mijn mond, waarna ik er een stuk uit de pizza stuk hap. Ik kauw lang op het stukje in mijn mond, totdat het goed fijn gemaald is. Vervolgens slik ik het door en neem nog een hap van mijn pizza. Het is overheerlijk en het fijne is, hij is nog warm.
Ik sluit mijn ogen en geniet van de smaak explosie in mijn mond. De smaak van deeg, tomatenpuree en salami vult mijn mond.
'Heerlijk!' zeg ik met volle mond en open mijn ogen. Tot mijn verbazing zie ik de T-rex die op een stukje rotsachtige toneel staat, niet meer op zijn plek staan. Ik schrik en laat mijn pizza stuk in de doos vallen. Wat is dit?

Night at the museum: The necklace of YanaraWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu