Grote Bonny's dagboek

Opa

6/3/1989

Ik heb nog eens nagedacht en nu weet ik het zeker. Ik ga het vragen. Het lijkt me echt geweldig om een assistent van een klokkenmaker te zijn! Ik kan haast niet wachten tot het morgen is. Om de tijd te verdrijven ga ik achter mijn bureau zitten en wat testjes met afval doen. Het afval zou heel goed kunnen zijn voor dingen. Jammer dat mensen het laten slingeren. 

Ik ben mijn bril kwijt en kan hem nergens vinden. Zonder mijn bril kan ik niet aan de slag. Ik heb dit nooit aan ook maar iemand vertelt maar de bril die ik draag is van mijn opa geweest. Mijn opa was geen normaal persoon. Hij was ook uitvinder. Volgens mij was het zelfs meer dan uitvinden. Meer toveren met uitvindingen. Zijn uitvinding voor mij was mijn bril. Als ik wil kan ik er meer mee zien. Ik lijk wel helderziend als ik hem op heb. Dat was ook het idee van mijn opa. Hij heeft wel meer dingen uit gevonden weet ik van mijn vader, maar hij heeft nooit verteld wat het dan was. Mijn opa zei vroeger wel altijd tegen me: 'kom over 2 weken maar naar mijn laboratorium, dan heb ik iets geweldigs voor je.' maar elke keer dat ik terug kwam zei hij: 'het spijt me maar nu ben ik nog niet klaar, als ik het je nu geef kunnen de gevolgen rampzalig zijn. Dus kom over 2 weken maar terug.' ik moet nu zorgen dat niemand dit dagboek leest. Dit is geheim. Als heel Jorvik mijn dagboek door zou bladeren zou dat ook rampzalig zijn... ik ga afwachten tot het morgen is en dan vertel ik meer! Dag lief dagboek!

Yesss! ik heb mijn bril weer terug. Nu echt: dag lief dagboek!