Hoofdstuk 2

28 2 0
                                    

Ik word wakker. Het is licht en tot mijn verbazing ben ik niet in een ziekenhuis. Ik voel aan mijn hard bonkende hoofd en trek mijn hand snel weer terug. Er kleeft bloed aan mijn handen, veel bloed. Ik voel hoe ik weer wegzak en dan is het zwart.

Als ik mijn ogen opnieuw open merk ik dat mijn hoofdpijn volledig is weggetrokken. Ik voel aan de wond. Ik voel alleen nog een bult met een korst er op. Heel even denk ik dat ik weer wegzak maar tot mijn verbazing blijf ik recht overeind staan. Ik zet een paar stappen vooruit en aarzelend spring ik een paar keer op en neer. Dan weet ik dat het goed is. Ik probeer me te oriënteren. Ik ben vaak op dit soort plekken geweest met mijn vriendje Jeremy.
*Flashback*
Lachend ren ik voor Jeremy uit. Als ik om kijk zie ik hem niet meer. Ik blijf stil staan. "Jeremy?" "Hallo??" "Jer dit is niet grappig!!" Ik kijk wat om me heen. Ik hoor wat takjes kraken en weet dat Jeremy er zo aan komt. Dan voel ik twee handen voor mijn ogen. "Wie ben ik?" vraagt een lage stem. "Hoi Jeremy zeg ik lachend" de handen gaan weg. "Hoe wist je dat ik het was?" vraagt Jeremy. "Dat is toch duidelijk" zeg ik terwijl ik hem een knuffel geef. Als ik me uit de knuffel losmaak lopen we hand in hand verder.

*Einde flashback*

Als ik er aan terug denk moet ik lachen. Ik zag hem gisteren nog hij deed zo lief. Maar was dat wel gisteren? Welke dag is het eigenlijk? Hoelang ben ik hier al? Ik weet dat het gisteren ,als het gisteren was, maandag was maar verder... Ik wil hier weg. Nu. Weg uit dit nare bos. Ik begin te rennen. Een weg door het bos waarvan niemand weet waarheen. Ik blijf rennen en rennen tot ik niet meer kan. Hijgend zak ik tegen een boom. Ik heb nog steeds geen uitweg gevonden. Als ik op adem ben gekomen merk ik dat mijn buik rommelt. Shit ik heb natuurlijk geen eten gehad sinds ik bewusteloos ben geweest. Ik voel even in de zakken van mijn jas maar er zit helaas niks in. Ik kijk om me heen of ik iets eetbaars zie. Ik zie wat besjes maar ik weet van de vele survivaltochten die ik heb gedaan dat ze giftig zijn. Dan zie ik in de verte een huisje. Ik trek me omhoog aan een tak boven mijn hoofd en loop naar het huis toe. Maar het huis komt niet dichterbij hij gaat steeds verder naar achteren. Ik blijf staan en zucht. Dit is tevergeefs. "Sanne?" Ik draai me om "W...wie... wie is daar?"

Oeehh cliffhanger
Thanks voor alweer 7 votes op mn boek♡


Healed scars  (On hold)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu