'Ze gaan jullie huis nu doorzoeken, ze geloven jullie niet,' zegt Paul. Een man pakt een groot touw uit een andere ruimte en bind het raam vast met het touw, want wij mogen absoluut niet ontsnappen. Er komen vrouwen binnen die de tafel helemaal af ruimen. Als de tafel is afgeruimd staat de man, die de hele morgen aan het hoofd van de tafel heeft gezeten op. Hij kraamt wat uit in een rare vreemde taal, die ik na het half jaar dat ik hier in gevangenschap leef nog steeds niet snap. Ze proosten met zijn alle en drinken hun drinken op en verlaten het gebouw. De mannen zijn weg, zelfs Paul. Het was stil. Ze hadden de deur op slot gedaan. 'Kijk eens wat ik heb', zegt Lindsey. Ze tovert een mes onder haar shirt vandaan. 'Hoe kom je er aan,' vraag ik vol bewondering. 'Ik zei toch dat je even moest wachten, toen pakte ik een mes. Ik dacht dat komt wel van pas,' zei Lindsey. 'Lekker bezig,' zeg ik. We springen uit het raam en rennen voor ons leven. De straat is leeg. Overal afgebroken en kapot geschoten huizen. We rennen tot we een schuilplaats hebben gevonden. Dit keer zijn ze echt te laat.
JE LEEST
Krijgsgevangenen
Short StoryDit is mijn inzending voor de wedstrijd van www.mijnkortverhaal.nl je kan mijn verhaal vinden www.mijnkortverhaal.nl/krijgsgevangenen ik zou het heel erg op prijs stellen als jullie stemmen ♥