Het is nu al een paar dagen verder. Thomas logeert nu voor een weekje bij mij. Hij moet voorlopig rustig aandoen en omdat hij niet echt dichtbij woont hebben we besloten dat hij even hier blijft. Elke avond moet ik nog steeds denken aan Jaden, hij heeft niet eens te moeite genomen om het me persoonlijk te vertellen. Om naar me toe te lopen en alles uitleggen als een echte man. Was hij maar zo. Ik zou wel eens willen weten waar hij is.
Ik moet even boodschappen doen voor het avondeten, ben zo terug! Roep ik naar Thomas. Ik doe me nikes aan en een zwart leren jackje en ik stap de deur uit. Ik loop naar het centrum. Even later heb ik de boodschappen al gehaald en loop ik een langs een winkeltje met allerei buauty producten ( i love it) Hier moet ik even kijken, denk ik in mezelf. Ik loop de winkel in en zeg de kassa mevrouw vriendelijk gedag. Ik besluit om te kijken voor lippenstift, die van mij is immers bijna op. Net op het moment dat ik iets leuks zie en het wil pakken zie ik iets verschrikkelijks. Ik verstijf bijna, mijn benen trillen. Jaden staat daar te zoenen met... Ik kaj het niet aan zien. Ik ren de winkel uit, ik moet hier weg. Weg van alles. Ik wil met niemand meer praten. Ik ren naar huis.
Eenmaal thuis aangekomen komt Thomas naar me toe. Hey Hanna, als snel ziet hij dat er iets is en kijkt me bezorgt aan. Wat is er? Gaat alles wel goed met je? Ik....ik.. stamelde ik. Ik kon geen woorden vinden, het was onmogelijk wat ik net had gezien. Na een tijdje gestotterd te hebben viel ik neer tegen de deur. Thomas kwam naast me zitten, hij zag dat ik moeite kreeg me ademhalen. Rustig Hanna, Adem in.... en weer uit door je mond. Al snel werd ik wat rustiger. Wil je me dan nu vertellen wat er aan de hand is? Ik begon langzaam met vertellen. Thomas keek me vol begrip aan en luisterde aandachtend. Ik was dus aan het terug lopen ik had de boodschappen al gedaan maar toen liep ik langs een leuk winkeltje. Ik besloot er even te kijken, ik liep naar de de... lippenstift. En...en..toen... wou ik iets pakken maar toen zag ik.... toen zag ik... Ja? Wat zag je Hanna? Vroeg Thomas bezorgd. Ik zag Jaden op een bankje zitten zoenen met mijn eigen zusje!
