Terug naar toen

14 0 0
                                    

Dr. Kneveltoer kwam terug met de resultaten van de computer in zijn hand. Hij zag dolf de deur van de cel openen en hij begon weer te twijfelen. "Wil je heus?" Riep hij schril. "Bedenk je dat we je maar 1 keer kunnen terug halen....." "Ik weet het zei dolf" en hij stapte de cel in. Dr. Simiak liep hem na om de deur te sluiten. Dr. Kneveltoer zat achter het paneel aan knoppen en hengsels te draaien. "Sluit je ogen en blijf stil staan, kom niet aan de wanden en blijf geduldig het zal zeker 3 minuten duren voor we genoeg energie hebben opgebouwd om....." "Niet praten doen" riep dolf. Hij kneep zijn ogen dicht en begon te tellen. Langzaam en geconcentreerd. Om maar niet te hoeven denken. Om die blinde koppigheid maar niet te verliezen. en om niet bang te worden." achtenvijftig, negenenvijftig" was dit nou de 1e of de 2e keer dat hij tot zestig had geteld. Wat Voorde die 2 mannen eigenlijk uit? "Vijfenveertig, zesenveertig" achter zijn gesloten ogen probeerde hij de cijfers te zien in plaats van die vlekken die voor zijn oogballen dwarrelden . "Achtenvijftig, negenen......." En toen verging de wereld. Letterlijk. Dolf was zich bewust van een hevige klap die hem duizelend en met pijn in zijn hele lichaam achterlied. Geluiden ruisten om hem heen, namen langzaam af en werden herkenbaar. De wind in de boomtoppen. Vogels die zongen. Nog altijd durfde zich niet te bewegen of zijn ogen te openen. Toen voelde hij warm zonlicht op zijn hoofd. De duizeling verdween. Hij keek... Hij was er! Maar waar?

Ik kijk om mij heen, ik ben in een bos terecht gekomen in de verte zie ik iets aankomen. Het komt dichterbij en ik zie het het is een tank een tank ik ben in de tijd waar ik moet zijn, in de tijd waar ik mijn spreekbeurt over doe..... De 2e wereldoorlog. De tank is ondertussen al heel dicht bij ik moet me verstoppen ik kijk snel rond waar ik me kan verstoppen. Als ik een paar dichtbegroeide bosjes zie duik ik er snel in. Als ik lig hoor ik de tank stoppen mijn hart klopt in mijn keel en ik krijg haast geen adem. Ik hoor 2 mannen praten ze praten heel snel en in het Duits dus ik begrijp er niet zo veel van, maar ik begrijp wel dat 1 van de 2 mij gezien heeft. ik hoor hem op mij aflopen. Ik ben zo bang dat ik me niet durf te bewegen, net als ik zijn schoenen voor de bosjes zie hoor ik de ander zeggen "het was vast een haas". De man haalt zijn schouders op, draait zich om en loopt weer naar de tank. Nog geen seconde later knallen er 2 deuren dicht, start de motor en rijd de tank weg. Als ik zeker weet dat ze weg zijn sta ik voorzichtig op. Ik klop mijn kleding af en kijk welke kant ik uit toe gaan. Ik besluit naar het noorden te gaan in de hoop een dorp of een stad te vinden en daar de weg te vragen naar den-haag want daar moet ik morgen zijn als ik terug wil naar mijn eigen tijd.

Naar ongeveer een half uur lopen ben ik bij een dorp aangekomen. Ik klop aan bij het eerste de beste huis om de weg te vragen. Er doet een meisje open van ongeveer mijn leeftijd. Ze kijkt me aan en vraagt "kan ik iets voor u doen?" Ik zeg haar dat ik een verre reis achter de rug heb en vraag of ik even naar binnen mag komen. Ze kijkt mij bestuderend aan maar dan knikt ze en doet ze de deur verder open. Ik loop verder naar binnen. Het huis is best groot van binnen. We lopen samen naar de keuken.ze pakt een glas water en een boterham met kaas voor me en legt deze op de tafel, ze zegt dat ik daar mag zitten en zelf gaat ze aan de andere kant zitten. Ze kijkt me aan en vraagt "hoe heet je, waar kom je vandaan en waar moet je heen?" Even ben ik stil wat moet ik zeggen ik ben Dolf en ik kom uit de toekomst. maar dan zeg ik maar gewoon "ik heet Dolf ik kom uit België En ik wil naar Den-haag". Er volgt een heel gesprek dat ik niet helemaal gevolgd maar wat ik nu wel weet is dat zij Kiki heet en dat zij en een paar vrienden mij wel willen brengen omdat het nog heel ver lopen is. Ik krijg van haar wat toepasselijke kleding van haar broer en we gaan naar haar vrienden toe.

"Deze straat door en we zijn er" hoor ik Kiki zeggen. We lopen nu al een tijdje en mijn voeten beginnen behoorlijk veel pijn te doen. We stoppen voor een nog veel groter huis dan dat van Kiki. "Dit is hun huis" zegt ze terwijl ze op de deur klopt. Er doet een klein jongetje van 6 open. "Hey Tim is Romy thuis?" Vraagt Kiki. Tim knikt en roept dan naar boven "Romy, Kiki en een of andere jongen zijn er voor je". Er komt een meid van rond de 20 de trap af lopen. Ze kijkt mij even vragend aan maar laat ons dan binnen. "Kun je ons naar Den-haag brengen?" Vraagt Kiki ineens. Romy is denkt na en zegt dan vol overtuiging "tuurlijk het is maar 13 kilometer vanuit hier dus we zijn er in een uurtje". Ze staat op en wenkt ons om mee te lopen. Als we in haar schuur zijn zie ik daar een hele oude auto staan, maar verrassend genoeg staat Romy er glunderend naast en zegt ze "mooi is hij hé, het is de nieuwste auto". Ik knik alleen maar en kijk naar Kiki om te kijken of het echt waar is maar zij kijkt net zo opgewonden naar de auto dus het zal wel. Kiki opent de deur en kijkt mij aan met een hele lieve lach "ga jij maar eerst". Als we allemaal zitten Start de motor en begint er een lange tocht.

"Wakker worden dolf we zijn er bijna" hoor ik zacht in mijn rechter oor, meteen word ik vrolijk het is de stem van Kiki die ik hoor. Ik ga overeind zitten en kijk recht in haar Nutella-bruine ogen. Ze kijken vrolijk en bezorgd dus vraag ik haar wat er is."we komen zo langs een streng bewaakt stuk waar de moffen liever geen vreemden willen, je moet je verstoppen maar als ze je vinden denken ze misschien dat je joods bent". Ik word een beetje bang en vraag of er een plek is waar ik me goed kan verstoppen. ze wijst naar een stapel koffers in de kofferbak. "Denk je echt dat ik daar in pas" zeg ik verstijft van angst als ze een van de koffers open heeft gemaakt." Vast wel als we een beetje proppen en dan leggen we er nog wat andere koffers erop". Ik kruip in de koffer en ga in een klein bolletje liggen ik moet me nog iets verschuiven maar dan hoor ik de rits dicht gaan. er blijft een klein stukje los zodat ik lucht kan krijgen dan hoor ik dat er nog wat andere koffers bij worden gelegd. Naar een tijdje rijden we weer, maar   niet voor lang we worden           aangehouden door 2 mannen. Ik probeer het gesprek te volgen dan schrik ik dit zijn niet zomaar mannen. het zijn de mannen van de tank. Ik hou me extra stil je weet nooit wat ze doen als ze me vinden. Bij die gedachte ril ik even hier mag ik niet aan denken. Voor afleiding luister ik naar het gesprek. Het is gelukkig geen lang gesprek ze wouden alleen weten wat we kwamen doen. We rijden verder en verder en na een kwartier rijden stopt de auto en wordt ik uit de koffer geholpen. "Bedankt voor de lift Romy ik blijf hier bij dolf" zegt Kiki ze kijkt mij aan en ineens geeft ze me een kus. Ik bloos van verbazing en voel vlinders in mijn buik. Dit geweldige moment word ruw verbroken door het getoeter van de auto en Romy die door het autoraampje schreeuwt "doei doei tortelduifjes tot later". Ik zeg Kiki dat ik hier nog een dag moet blijven en dan terug ga naar mijn huis. Dan zwijg ik even en is het helemaal stil. Tot ik de stilte weer verbreek door te zeggen "ik ben niet helemaal eerlijk geweest ik kom niet uit België ik kom uit de toekomst en woon gewoon in Nederland". Kiki kijkt me verbijsterd aan dus ik pak haar hand om haar gerust te stellen. Als ze weer een beetje rustig is lopen we samen naar een hotelletje in de buurt om daar te logeren

Als ik wakker word besef ik het ik moet straks afscheidt nemen van Kiki en weer naar huis. Ik sta zacht op en trek mijn kleren aan. Het gaat heel goed tot ik tegen een tafeltje bots en hij met een klap omvalt. Kiki schrikt wakker van de klap en ik kijk haar schuldig aan. Zwijgend doe ik wat ik 's ochtends altijd doe, maar het ontbijt sla ik over. Als ik klaar ben roep ik Kiki ik kijk haar recht in haar ogen en zeg "ik moet terug naar mijn eigen tijd, maar ik beloof dat ik terug kom". Ze geeft mij een kus en ik vertrek. Terug naar mijn eigen tijd.

Dit is een opdracht voor Nederlands we moesten een verhaar afschrijven. dat dik gedrukte is wat we kregen we om af te maken het komt uit het verhaal kruistocht in spijkerbroek, maar we moesten in een andere tijd schijven dan dat verhaal. Ik hoop dat jullie het leuk vinden xxxx me

Korte verhalenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu