'Wat gaan we doen?' Zijn vader keek hem en Joost afwachtend aan. 'Gaan we de bergen in? Of naar het noorden?'
Joost haalde zijn schouders op en verschool zich achter de tablet. Zelf wilde hij net de oortjes van zijn koptelefoon weer gebruiken, maar zijn vader was hem voor. Hij hield zijn hand op, palm omhoog. Met tegenzin legde hij zijn telefoon erin. Joost was het volgende slachtoffer. Pa griste de tablet onder zijn neus vandaan, wat hem kwam te staan op de nodige protesten.
Daan hield zich stil. Zijn ervaring was inmiddels dat hoe stiller hij zich hield, des te groter de impact op zijn familie was.
'Julia? Wat vind jij?'
Daan keek naar zijn moeder, die net de badkamer uit kwam. Haar haren hingen los en ze droeg een felgekleurde omslagjurk die pijn deed aan zijn ogen.
'Naar het noorden? Daar is de temperatuur ook wat aangenamer, misschien?' Ze keek naar hem, wendde toen snel haar blik af, maar de boodschap was duidelijk.
'We kunnen ook naar de noordpool, daar is de temperatuur o zo aangenaam voor Daan.' Hij stond op en liep naar de deur. 'Het kan me echt geen reet schelen. Deze hele klotevakantie hoefde voor mij sowieso niet.'
'Daan, alsjeblieft ...' De zucht in zijn vaders stem maakte dat zijn vingers zich om de deurklink sloten.
'Ik zei toch dat ik hier geen zin in had. Dat ik mee moest, prima, maar ik heb gezegd dat ik geen gejank en gejammer wilde.' Hij klonk als een jengelende kleuter en dat wist hij best. Het interesseerde hem alleen niet. De knoop in zijn maag werd alleen maar groter, tot de allesverterende vlammen hem van binnenuit verbrandden. Als hij zo kwaad was, dan brandde alles met hem mee. Voor hij nog meer dingen kon zeggen waar hij misschien later spijt van had, en waar hij de consequenties van onder ogen zou moeten komen, trok hij de deur open en liep de gang op.
Godzijdank kwam zijn vader hem niet achterna.
Hij slenterde doelloos door de hal, nam de zes trappen naar beneden en kwam uit in de lobby. Overal zaten mensen, het was het drukst rondom het zwembad. Het geroezemoes kolkte om hem heen. Alle stemmen vermengden zich en raasden als duizenden boze bijen om zijn hoofd. In de eetzaal ruimde het overgebleven personeel de tafels af. Uiteindelijk kwam hij uit in de gang die uitkwam op de tv-kamer, waar tot zijn opluchting niemand zat. Hij liet zich zakken in een van de banken en zette de tv aan. Na een aantal keer zappen belandde hij bij de oefeninterland van het Nederlands elftal.
Twee jaar geleden had hij met het team naar het WK gekeken. Timo zat naast hem, ervan overtuigd dat hijzelf een betere spits zou zijn dan de voetballer die zojuist het winnende doelpunt scoorde. Ella hing op zijn schoot, haar ene hand losjes in zijn haar, met haar andere hand trok ze figuurtjes op zijn blote schouders. Terwijl hij het voetbal volgde, zoemde zijn lichaam onder haar aanraking.
'Hoi.'
Daan keek op. Het was het meisje van het animatieteam. Lynn. Hij fronste, ze zag eruit alsof ze niet wist of ze moest blijven of de ruimte moest uitvluchten. Twijfel lag in haar ogen, die nog blauwer waren dan de eerste keer dat hij erin had gekeken.
Nog blauwer dan die van Ella.
Uiteindelijk besloot ze te blijven. Met vastberaden passen beende ze naar een stoel ongeveer zo ver mogelijk bij hem vandaan. Vanuit zijn ooghoek zag hij dat ze een gemakkelijke houding zocht, haar benen op het tafeltje voor zich.
De herinnering aan Ella en Timo maakte hem onrustig. Het herinnerde hem aan alles wat hij was verloren. Het feit dat Lynn ervoor koos mijlenver bij hem uit de buurt te blijven, terwijl ze niet eens wist van ... Hij schudde zijn hoofd en probeerde zich te concentreren op het voetbal. De onrust bulderde van binnenuit. Zijn oren suisden.
Opnieuw keek hij naar Lynn. Ze had haar ogen gesloten en er lag een ontspannen uitdrukking op haar gezicht. Een glimlach drong zich aan hem op. Ergens diep vanbinnen roerde zich een oud gevoel, bekend. Een hunkering. Hoe zou het zijn om haar ...
'Daan! Daahaan? Waar ben je?' Joost kwam de kamer binnen bulderen. 'Ma zoekt je. Of je na de wedstrijd nog mee gaat naar de boulevard?'
Hij kreunde inwendig. Ze konden hem nog geen half uur met rust laten. Wanneer hield de suicide watch op? Hij werd er horendol van, die constante controle. Hij stond binnen zijn gezin altijd in het middelpunt van de belangstelling, terwijl hij niets liever wilde dan verdwijnen, opgaan in de achtergrond.
'Wat denk je zelf? En rot even op voor die tv. Ik kijk al vaak genoeg naar jouw kop.' Hij griste naar de afstandsbediening en zette het volume op standje oorverdovend.
'Jezus. Dan toch lekker niet. Chagrijn.' Joost moest moeite doen om boven de commentator uit te komen. Het geluid dreunde door Daans borstkas, de trillingen veroorzaakte een onaangename spanning in zijn toch al overgevoelige lichaam. Snel drukte hij op de volumeknop, naar beneden, naar beneden, naar beneden.
'Doe je altijd zo tegen je broertje?'
Aangewakkerd door haar stem groeide de storm in hem. Er klonk een verontwaardiging door in de woorden, een veroordeling. Langzaam draaide hij zich naar haar toe. Waar bemoeide ze zich mee? 'Sorry,' was alles wat hij zo snel kon bedenken toen hij haar aankeek. De vastberadenheid die hij in haar stem had gehoord, was tegenstrijdig met de bijna angstige uitdrukking waarmee ze hem aan keek. Ze hield zijn blik vast. Het verbaasde hem, gezien de lichte trilling in haar onderlip, die ze naar binnen zoog en tussen haar tanden klemde.
Ze bleef hem aankijken. Haar blik schroeide dwars door zijn veilige laag kleding heen. Ze bleef hem maar aankijken. Het zweet brak hem uit.
'En wie ben jij? Die onnozele huppelkut van het animatieteam? Moet je niet ergens kleine koters gaan vermaken, met je neplachjes en gespeelde vrolijkheid? Hoi. Hoi. Wat is het leven toch geweldig. Rot toch op.'
Hij had haar geraakt. Een voltreffer. Ze stond op en liep naar hem toe. Bibberig stond ze tegenover hem, haar blik hing ergens boven zijn hoofd. 'Jij weet helemaal niets van mij, dus houd je kop.'
Bijna was hij haar achternagelopen, had hij haar arm gepakt en haar gedwongen hem aan te kijken terwijl hij zich verontschuldigde. Haar laatste woorden staken als spijkers door zijn huid. Hij wist niets van haar, net zoals zij niets van hem wist.
Ze kende hem niet, nietzoals hij was. Ervoor.
Dit is een hoofdstuk uit 'Hitte' van Lis Lucassen. Ben je nieuwsgierig naar de rest van het verhaal? Je kunt het boek aanschaffen via onze webshop www.youngadultshop.com. Oh, en je hebt geen verzendkosten ;)
p.s. je kunt het boek natuurlijk ook via de (online) boekhandel bestellen!
JE LEEST
Hitte - Lis Lucassen
RomanceOnder de hete zon, duizenden kilometers van huis, probeert Lynn Stevens haar leven weer op te pakken om de herinnering aan die ene fatale nacht te vergeten. Ze ontmoet Daan, de jongen met het wispelturige gedrag en de broeierige bruine ogen, die ver...