O mijn god.
Mijn handen gaan naar mijn hoofd als ik besef wat ik zie. Mijn handen beginnen te beven en ik voel een golf van paniek over mij heenkomen.
Ik denk terug aan het scenario, toen ik op het vliegveld stond. Stap voor stap loop ik het na in mijn hoofd. Met mijn slaapkop, pakte ik mijn koffer.... En liep naar de taxi die ik had opgebeld. Dit is précies dezelfde koffer die ik ook heb. Mijn oog valt op het condoomstripje, die bovenop de chique pakken van Hugo Boss liggen. Vol walging schuif ik het verder de koffer in. Stond er nou op dat het aardbeien smaakt heeft?
Ik had thuis meteen mijn koffer opengemaakt, zodat ik mijn vuile kleren in de was kon gooien. Ik rits de koffer weer dicht en zoek naar een kaartje met een naam eraan, maar helaas. 'Verdomme,' mompel ik en zucht. Een bruine haarpluk vliegt de lucht in en beland weer op mijn lippen. Snel duw ik mijn haar achter mijn oren en rits de koffer weer open en plof op mijn bed neer. Heb ik weer... Kom ik thuis van een vermoeiende reis, heb ik de verkeerde koffer bij me! Moet ik dat ook nog eens regelen. 'Wat moet ik toch met jou?' mompel ik en vouw mijn handen over elkaar. Dan bedenk ik me opeens iets: een man heeft mijn koffer waarschijnlijk. Ik kreun hard en sla mijn hand op mijn hoofd. Het gênantste is, dat mijn koffer een enorme bende is en chaotisch, net als ik. Ik vouw mijn koffer open en haal voorzichtig de strak gestoomde pakken uit de koffer en ruik meteen een sterke, frisse mannenluchtje. De strip condooms, valt uit de tas en haastig pak ik het op om het terug in de koffer te leggen. Ja, het is inderdaad met aardbeiensmaak. Ik zie een klein ritsje op de bodem van de koffer en rits het open. Er steekt een klein, wit puntje uit het vakje. Voorzichtig pak ik het uit en zie dat het een visitekaartje is van een bedrijf. De letters zijn strak en ik zie duidelijk dat het om een duur design bedrijf gaat, of een of ander bedrijf dat big business maakt.
Ik pak mijn iPhone en typ het nummer in en wacht totdat iemand de telefoon opneemt. 'Duncans International inc, met Sophia Andersons. Waarmee kan ik u van dienst zijn?' tjilpt een stem door de telefoon. Ik schraap mijn keel en recht mijn rug.
'Goedemiddag, met Lynn van Straaten. Ik he... denk dat ik een koffer van iemand heb gewisseld van dit bedrijf. Het was op het vliegveld en het is een zwarte koffer,' zeg ik met een hoge piepstem. Ik voel me rood worden en kijk ongemakkelijk door mijn rommelige kamer.
'Ehm... Dat zouden er honderden kunnen zijn, mevrouw Straaten. Wij hebben dagelijks mensen die reizen voor ons bedrijf. Wat was de bestemming?' vraagt de vrouw. Aan haar stem kan ik horen dat ze behoorlijk jong is.
'Londen. Rond half zeven kwamen de koffers op Schiphol,' zeg ik. De vrouw zwijgt even en ik hoor haar zowat denken. 'Tja. Ik denk dat de koffer van meneer Duncan zelve is, want die was vandaag terug van London.' Ik voel mijn hart in mijn keel schieten. Van dé meneer Duncan?
'Ik verbind je met zijn secretaresse. Bedankt voor het bellen mevrouw van Straaten.' Voordat ik wat kan zeggen, hoor ik al piepjes door mijn telefoon. Ik zucht en tik zenuwachtig op mijn been en kijk nog eens naar de pakken. Ik pak een mouw en laat mijn vingers over de mooie stof glijden. Ik leg de mouw tegen mijn neus en inhaleer langzaam. Mijn ogen sluiten zich automatisch en ik zucht zachtjes uit. 'U spreekt met Agatha Smitsen, de assistente van meneer Duncan. Waarmee kan ik u van dienst zijn?' vraagt een mevrouw en ik hoor haar typen op de computer.
'Dag, mevrouw Smitsen. Ik heb de koffer van meneer Duncan verwisseld vandaag op Schiphol toen ik uit Londen kwam. Ik denk dat meneer Duncan mijn koffer heeft meegenomen,' zeg ik haperend. Ik hoor haar zachtjes mompelen tegen iemand. 'Eén momentje, alstublieft. Dan vraag ik het even na.'
Ik hoor dat ze de telefoon neerlegt op haar bureau en geduldig wacht ik af.
'Bedankt voor het wachten. De heer Duncan is zelf niet naar London geweest, maar zijn zoon , Max Duncan,' zegt ze. Mijn hart begint nog harder te bonken. Die naam... waar ken ik die van? Mijn hersenen zijn allemaal plekken aan het bedenken waar ik ooit Max Duncan heb ontmoet. Maar ik kan het niet plaatsen. 'Hij vraagt of je het persoonlijk wil komen brengen, want hij heeft het erg druk,' zegt de vrouw.
'Bedankt. Ik kom eraan. Het adres staat op het visitekaartje,' zeg ik.
'Dat is mooi. Ik zal het doorgeven aan meneer Duncan,' zegt de vrouw. Ik zucht en hang op. Wat ik nu nodig heb is koffie en een douche.
Binnen een half uur zit ik in de auto. Volgens mijn TomTom moet ik een half uurtje rijden. De zwarte koffer staat naast mij op de stoel en even kijk ik ernaar. Ik druk de radio aan en voor dat ik het weet, zit ik op de snelweg.
Ik gooi de autodeur dicht en doe mijn auto op slot. Niet dat iemand mijn auto ooit wilt stelen, want het is een wrak. De sleutel verdwijnt in mijn schoudertasje en de koffer zet ik op de grond en klap de hendel uit, zodat ik het achter mij aan kan rijden. Even blijf ik staan bij het enorme glazen gebouw dat boven mij uittorent. Ik slik moeizaam en voel me nu al ongemakkelijk. De tuin die rondom het gebouw ligt, is ontzettend strak. Je ziet duidelijk dat het wekelijks wordt bijgehouden. Het gras is prachtig groen en geen enkel grassprietje steekt er bovenuit. Ik loop over het grijze stoepje, waar geen een onkruidplantje uitsteekt. De deur wordt voor mij open gemaakt door een jongeman en ik knik hem vriendelijk toe.
Als ik binnen sta, zie ik overal vrouwen in mantelpakken en stapels papieren in hun handen rondlopen. Mannen dragen een duur pak en zijn handfree aan het bellen. Het gebouw is helemaal grijs en in het midden staat een klaterend fonteintje. Ik loop naar de vrouw achter een witte lakbureau en schraap mijn keel. 'Ehh. Ik kom hier op afspraak met Max Duncan,' fluister ik verlegen en schaam me kapot. Ik heb mijn afgetrapte Nikes aangetrokken en een simpele spijkerbroek met gaten op mijn knieën. Ik heb een gestreept T-shirt aan, waarvan de schouders bloot zijn. Maar gelukkig heb ik mijn leren jackje eroverheen, zodat niemand dat hoeft te zien. 'Je mag met die glazen lift naar boven naar verdieping zes. Ik zal vermelden dat jij er bent.' De vrouw kijkt mij zuinig aan, met doordringende ogen. Mijn hart begint harder te bonzen en ik begin een beetje te blozen. 'Eh. Bedankt,' zeg ik zachtjes en loop richting de lift.
Als ik op de zesde verdieping kom, hoor ik een zachte ping en de deur schuift open. Net als beneden, is alles enorm wit en grijs ingericht. Achter de balie zit een jonge vrouw, druk aan het typen. 'Ehm. Goedemiddag,' fluister ik zachtjes. Ze kijkt langzaam op en trekt een wenkbrauw op.
'Goedemiddag. Waarmee kan ik u helpen?' zegt ze zelfverzekerd. Ik voel me meteen een klein meisje die hier op het verkeerde adres is en wiebel zenuwachtig met mijn benen. Ze is ontzettend knap, met haar smalle neus en haar perfecte volle lippen. Ze heeft ronde borsten die in een zwarte jurk zijn gepropt en haar blonde haren zijn perfect opgestoken. 'Ik eh... heb een afspraak met Max Duncan.' De vrouw kijkt mij weifelend aan. 'Ik heb zijn koffer,' piep ik nerveus.
'Ah. Hij is over vijf minuten klaar met een vergadering. Neem plaats,' zegt ze en staat langzaam op en wijst naar de sneeuwwitte stoelen. Ze heeft lange benen en als ik het vergelijk met mijn benen, voel ik me lomp. Ze loopt naar een grove, eikenhouten deur en klopt er zachtjes op. Ik ga zitten op de witte stoelen en wacht geduldig af.
'Joline, waar is de dame die mijn koffer heeft?' hoor ik een warme stem zeggen vanuit het kantoor.
Ik kijk op en zie een paar meter verderop een jongeman staan met zijn handen nonchalant in zijn zakken. Joline wijst zenuwachtig mijn kant op. Ik sta zo snel op, dat mijn stoel zachtjes begint te wiebelen. De zon staat op zijn rug, omdat de deur wijd openstaat. Mijn hart klopt in mijn keel en bibberend adem ik uit. Ik loop langzaam naar hem toe en mijn bezwete hand klemt rondom het handvat van de koffer. 'Joline, neem de volgende keer jassen aan van onze gasten,' zegt hij lachend. Joline loopt zenuwachtig naar mij toe en wil mijn jas aannemen. Ik wimpel haar af. 'Mevrouw van Straaten,' fluistert ze vanuit haar tanden. 'Doe het nou maar.'Ik slik langzaam en doe mijn jasje uit. Ik voel me meteen bloot in mijn T-shirt, ondanks het warme weer buiten.
Meneer Duncan doet de deur van zijn kantoor verder open en laat mij binnen. Ik draai me langzaam om, om hem goed aan te kunnen kijken. O mijn god.
Het eerste wat mij opvalt, is dat hij ongelofelijk knap is. En dat ik hem ken.
__________________
A/NEerste hoofdstuk! Laat ons weten wat jullie ervan vinden
- Sarah en Benthe
JE LEEST
Seduction
RomanceLynn had nooit verwacht dat de eerste keer dat een man haar lingerie zou zien, zij de lingerie niet zou dragen, maar het in haar koffer zou liggen. En laat staan dat ze had verwacht dat dé Max Duncan die man zou zijn. Max had nooit verwacht dat hij...