Roze bril
Het was exact kwart over tien in de ochtend toen Docia met haar plumeau de laatste stofjes van de haardmantel wreef. Op dat moment ging de deurbel. Ze verwachtte niemand en niemand moest op dit moment proberen langs te komen. Wanorde in haar dagelijkse schema kon ze niet gebruiken. Om halfelf moest ze aan de koffie, om elf uur alles nalopen, om halftwaalf rusten en...
Nogmaals ging de bel.
Ze liet de plumeau zakken in het tempo van haar twijfel. Ze rechtte haar rug en het was alsof iemand er naalden in stak. Toch negeerde ze de pijn want pijn hoorde nou eenmaal bij het leven op haar oude dag. Met afgemeten passen ging Docia richting de voordeur. Voor de spiegel in de hal bleef ze staan. Hoewel ze zag dat het niet nodig was, drukte ze toch nog even haar kapsel in model. Daarna opende ze de voordeur. Er stond een vriendelijk ogende jongeman met een pakketje, dat hij direct in haar richting bracht. Docia raakte het niet aan, misschien moest ze ervoor betalen.
‘U kunt mij op zijn minst vertellen wat dit is?’ vroeg ze.
‘Een pakketje,’ zei de jongen grijnzend.
‘Niet zo bijdehand, knaap. Daar ben ik niet van gediend.’ Docia bekeek de jongen indringend.
De jongen bleef echter vriendelijk lachen en las het etiket op: ‘Adres klopt. Docia Reuvens van Binvord.’
Docia aarzelde geen moment, griste het pakje uit de handen van de postbode en sloot de deur achter zich. Direct ging de bel weer en een gepikeerde stem van buiten vroeg: ‘Kunt U er nog even voor tekenen, misschien?’
‘Op zo’n toon! Uitgesloten, stop dat papiertje maar door de brievenbus. U heeft wat mij betreft al veel te lang op het bordes gestaan. Ga nu maar weg.’
Docia trok zeer beheerst het pakketje open aan een plastic lusje, vouwde het deksel open en bewonderde de inhoud: een bril met gekleurde glazen.
De klok sloeg halfelf: tijd voor de koffie. En daarna was het tijd om de gift te bewonderen. Docia had weinig met antiek, maar deze bril met roze glazen intrigeerde haar om een reden die ze niet direct begreep. De bril leek zo bekend. De afzender bleef haar echter een raadsel. Het iele montuur was nauwelijks te voelen toen ze het uit de doos optilde. Aan een van de pootjes bungelde een kaartje met de getypte tekst: ‘Bekijk met deze bril de plattegrond op de achterkant van “Mostére Dunnet, landschap met ondergaande zon”.’
Ze fronste haar wenkbrauwen: slechts weinig mensen waren op de hoogte van dat schilderij. En met deze hoogst ongebruikelijke verwijzing erbij begon het erg te kriebelen in haar buik. Deze boodschap moest van een bekende zijn, maar van wie?
Ze had moeite met het gewicht van het schilderij. Achterstevoren zette ze het op de grond. Met een nuchtere blik door de bril zag ze de plattegrond verschijnen. Haar ogen verwijdden zich. De plattegrond was van haar eigen huis. Bij een detail van de openhaard in de woonkamer herkende ze een roze pijl. ‘Hier beginnen’ stond erbij geschreven.
De gedachteloze stappen die ze achterwaarts maakte, eindigden bij de chaise longue. Toen ze eenmaal zat, kwam er een zucht van wel heel diep uit haar lichaam.
‘Bernard?’ zei ze zacht, maar ze liet hem nog niet toe in haar gedachten. Niet echt. Bernard was twee jaar geleden overleden en het besef dat hij er niet meer was, wilde ze instandhouden. Hij was een lieve man geweest, bij momenten. Die andere momenten wilde ze graag vergeten. Die had ze verdrongen en weggepoetst tot alles blinkend schoon was, en de herinneringen slechts onzichtbare krasjes op deurposten en vloerdelen waren.
Met de bril nog steeds op haar neus bekeek ze de plattegrond en vervolgens de openhaard. Zo moest ongetwijfeld de poort naar de hel eruit zien, dacht ze. Een normaal mens zou geen enkele rede zien om de brandschone haard uit de weg te gaan. Maar Docia zag overal vuil; op het geblakerde speksteen, op de versiersels van de schouw, op de gietijzeren achterplaat. De haard behoorde tot de vuilzone, waardoor het nooit in haar opgekomen was in de schacht te kijken. Na deze clou uit het verleden werd haar nieuwsgierigheid wel degelijk gewekt. Het duurde alleen even voordat ze in beweging kon komen.
JE LEEST
Roze bril
FantasyDocia zit zo vreselijk vast in haar dagelijkse patroon dat ze echt iets vreselijk radicaals nodig heeft om daar uit te komen. Nou, dat is precies wat ze cadeau krijgt: trollen, gnomen, een tovenaar en nog veel meer ellende in haar huis. Leestijd: 15...