We kijken elkaar recht in de ogen. En dan hoor ik ineens iemand applaudisseren achter me. Ik draai me om: Thijs.
'Wow dat was goed Mirthe! Jullie zouden eens samen een liedje moeten gaan zingen.' Zegt hij.
Ik krijg weer een rode kleur. (Kan ik nog roder worden?!)
'Dat zou wel eens wat kunnen worden denk ik Thijs, goed idee.' Zegt Douwe.
'Ja ik heb altijd goede ideeën.' Zegt hij 'maar eh Mirthe jij hebt toch nog geen vervoer naar huis? Is het misschien handig om dat nu even te regelen?'
'Ik kan je wel thuis brengen, of je kan bij mij de nacht door brengen?' Biedt Douwe aan.
OMG! Jaa! Wacht! Merel!
'Oh Douwe dat zou leuk zijn maar ik ben hier dus met mijn vriendin Merel.' Ik kijk om me heen om te kijken waar ze is. Ze zit met Matthijs en Jeroen te kletsen, zei heeft blijkbaar ook al een biertje aangeboden gekregen. 'En ik weet niet hoe zei dan thuis komt.'
'Acht lief, ik heb een logeer kamer. Dan mag je nog kiezen ook, of je bij mij komt liggen of bij Merel.' Hij knipoogt.
'Ik zal het even met haar bespreken hoor. Dan ben ik zo weer terug.' Zeg ik en ik sta op.
'Is goed meis.' Roept hij me achter na.
Ik heb mijn bekertje mee genomen en neem tijdens het lopen een slok van m'n bier. Merel ziet me aan komen en draait zich om naar mij.
'Mirt we mogen een keer met Jeroen en Thijs mee naar hun optreden van het Dans- en Showorkest!'
'Oh! Dat is echt gaaf! Maar eh Meer Dou heeft me net aan geboden om ons naar huis te brengen of we mogen bij hem een nachtje logeren. Wat jij wil.'
'Oh nou lijkt me wel leuk, bij een artiest thuis! Kunnen we dan daar nog ff een drankje pakken??' Ze kijkt me ondeugend aan.
'Haha! Weet ik niet we zien wel. Maar we blijven dus bij hem?'
'Ja ik vindt het goed, ik app wel even naar m'n moeder.' Ze pakt haar telefoon en stuurt een appje naar haar moeder.
Oh! Ik moet nog m'n vader een appje sturen. Ik pak mijn telefoon.
U: hey pap, ik kom vanavond niet thuis Douwe Bob heeft een logeer bed dus Merel en ik kunnen daar slapen. Je hoeft je geen zorgen te maken we komen echt wel thuis. Douwe wilt ons dan morgen wel thuis brengen.
Ik loop weer naar Douwe die me al weer aan keek en begon te lachen. Hij was met Thijs in gesprek maar het lijkt er op dat hij niet meer naar Thijs luistert. Ik loop naar ze toe en wil naast Thijs gaan zitten.
'Mirthe lief kom maar naast mij zitten. Is wat gezelliger dan naast Thijs.'
Ik begin te lachen en kom naast hem zitten.
