Hoofdstuk 1

48 2 2
                                    

'Een hele goede morgen, dames en heren,' riep mevrouw Amrani, terwijl ze een steekkar met dozen de klas induwde. 'Ik heb een geweldige opdracht voor jullie!' Ik zakte achterover en probeerde niet te letten op Liam, die naast me zat. Mevrouw Amrani keek ons stralend aan. 'Nou? Zijn jullie niet benieuwd?'

Het bleef even stil, toen brulde Jeroen met een sarcastische stem: 'Tuurlijk! Al uw ideeën zijn te gek gaaf!' Iedereen begon te lachen en mevrouw Amrani werd knalrood. 'Doe niet zo flauw!' riep ik naar Jeroen, terwijl ik overeind sprong. Ik gaf toe dat het vorige project (waarbij we verschillende steensoorten moesten onderzoeken en 'ontleden' door ze kapot te slaan om te zien of de binnenkant er hetzelfde uitzag, en iedereen met blauwe vingers thuiskwam omdat er met de hamer naast werd geslagen) niet zo'n goed idee was, (het leverde haar nogal wat boze telefoontjes op van ongeruste ouders) maar dat was ook wel een beetje onze eigen schuld. Bovendien werkte mevrouw Amrani nog maar twee maanden op school, dus ik was ervan overtuigd dat we haar een tweede kans moesten geven.

'Ach, kijk nou, Iris heeft medelijden... wat schattig!' Boos keek ik achterom en wilde iets stoms terugzeggen, maar Liam was me voor. 'Vertel, mevrouw, wat is de opdracht?' vroeg hij beleefd, terwijl hij zijn hand op mijn arm legde om me te kalmeren.  Mijn hart begon als een gek te bonken en ik zakte weer teruv op mijn stoel. Stomme Jeroen, stomme ADHD. Liam durfde ik niet meer aan te kijken en dus deed ik maar alsof de sneeuwvlokjes die buiten naar beneden dwarrelden ontzettend interessant waren.

Het was zo gek, ik kende Liam al mijn hele leven, we hadden zelfs bij elkaar in de box gezeten (onze moeders waren beste vriendinnen) maar de laatste tijd begon ik te blozen als hij me hielp, of een complimentje gaf of iets anders. Ik was toch niet verliefd?

De nieuwe opdracht ging over sloppenwijken.  We zouden met de hele klas hutten maken van dozen en daar een nacht in slapen, buiten nog wel, in de sneeuw. Brrr...

Iedereen moest sponsors opzoeken en het geld zou naar het goede doel gaan. Ik was meteen enthousiast. De foto's die 's avonds op tv werden getoond of die soms rondgingen op Facebook, raakten me altijd. Sinds mijn 10e wist ik zeker dat ik later iets wilde doen voor de mensen in arme landen.

En nu gingen we met de hele klas een project doen voor die arme kindjes, wat een topidee! De klas leek ook enthousiast, zelfs Jeroen. Terwijl mevrouw Amrani de sponsorlijsten uitdeelde, stootte Liam me aan. 'Hé Iris, zullen we vanmiddag meteen aan de andere kant van het park sponsors vragen? Anders is iemand anders ons voor.' Aan de andere kant van het park woonden de rijke stinkerds, dat wist iedereen. Toch was ik niet bijster enthousiast, het was zo koud vandaag. 'Ik trakteer op een stroopwafel,' voegde hij er aan toe  terwijl hij me een knipoog gaf. Blozend draaide ik me weg en antwoorde 'Oké'. Gelukkig, ik kon nog praten, ook al piepte mijn stem wel een beetje. Mmm, stroopwafels. Het water liep me nu al in de mond. Ik was verslaafd aan stroopwafels en Liam wist dat maar al te goed. Bovendien had ik net mijn laatste geld uitgegeven aan een kadootje voor Tessa, mijn nichtje die net jarig was geweest.

De bel ging en ik pakte mijn spullen en stopte ze in mijn tas. Nog maar twee lesuren te gaan...

Over stroopwafels en sneeuwvlokjesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu