Lucy

1 0 0
                                    

Nog één laatste keer zet ik mijn fiets neer voor je huis. Met tranen in mijn ogen kijk ik naar de ruïne van een huis. Langzaam loop ik er naar toe. Ik hou het politielint omhoog en stap er onder door. Ik kijk rond, en stap door de puin heen naar de plek waar jou kamer was. 'Jaha, ik weet dat ik het politie onderzoek verstoor, blablabla.' zucht ik in mezelf.
Ik laat me inzakken op het ijzeren geraamte van je bed, wat als enige van het hele huis de brand enigzins overleefd heeft. Ik zucht. Langzaam draai ik me om en ga ik liggen op de ijzeren spijlen. Ik kijk naar de lucht. 'Hier lag je Luus.' fluister ik. 'Hier lag je toen de vlammen je kwamen halen.' tranen komen in mijn ogen op. 'Ik kan niet zonder je leven Luus. Ik kan het niet zonder jou.' huil ik. Tranen stromen over mijn wangen. Ik sluit mijn ogen, en adem diep in. De geur van brand stroomt mijn neus binnen, maar ergens, achter die brandgeur, ruik ik jou.
De geur als we samen op de grond lagen van t lachen.
De geur van je beddengoed als we gingen logeren.
De geur van je kleding als we een modeshow hielden.
De geur van je huis.
De geur van jou.
Felle sirenes halen me uit mijn gedachten. Het vaag dichtklappen van een autodeur. Het vager schreeuwen van een man. Dat ik hier niet mag komen, denk ik.
Ik knijp mijn ogen nog steviger dicht.
'Ik mag niet eens afscheid van je nemen Luus!' huil ik. 'Ik kan het niet zonder je.' fluister ik.
Met een diepe zucht adem ik alle lucht uit die ik in me heb.
Langzaam voel ik mezelf steeds verder weg raken. Weg van de pijn, de mensen, weg van de drama. Op weg naar jou Lucy.
Ik doe het niet zonder jou.

voor jou Lucy. ik hou van je. ❤

short stories verhalenlezenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu