WOAH

7 1 0
                                    



POV YARA

Ik heb Harry in bed gelegd en nu heb ik eindelijk ook wat rust. We waren in mijn huis, ik heb hem gelukkig kunnen ompraten dat we niet naar de politie toe gaan. Wel heb ik het ziekenhuis gebeld. En hun waren het er niet mee eens dus ze wilden elke dag bellen over hoe het gaat met Harry's toestand. Ik ging op de bank zitten en zette de tv aan. Hopelijk wordt Harry ooit weer zichzelf...
"Klop klop" Het is tien over èèn s'nachts wie komt er nou rond deze tijd? Ik liep naar de deur toe en opende hem. Tot mijn verbazing stond Joshua er.
"Yara, ik weet dat het een slechte timing is... maar ik vind dat we moeten praten." Hij zat onder de regen en ik bood hem aan om naar binnen te komen.
Hij ging op de bank zitten en ik maakte een kopje thee voor hem klaar. Toen dat ook klaar was ging ik tegen over hem op de stoel zitten.
"Ik ben nooit vreemdgegaan...!" Riep hij. "Ssst! Harry slaapt." Begon ik. "Is Harry hier?"
"Ja, boven." Zijn gezichtsuitdrukking veranderde gelijk. Nu was het weer die Joshua die toen op Ivy tekeer ging in de kantine. "Wat is er?" Vroeg ik hem.
"Niks. Ik wist niet dat je zo snel over me heen zou komen." "Joshua?! Harry heeft geheugen verlies! Hij kent me niet eens meer! Jij zit in de tussentijd alleen maar Noah af te lebberen en je maakt je fucking zorgen om ons? What the fuck! Maak dat je weg komt!" Hij stond op en liep woest de deur uit. Hoe ben ik ooit zo blind geweest om voor hem te vallen?! Hij is zo erg veranderd. De Joshua die ik kende was zorgzaam en lief. Deze Joshua kent die woorden waarschijnlijk niet eens.
Ik ging weer op de bank zitten en pakte een deken. Langzaam viel ik in slaap.

....

"Je moet meekomen! We kunnen je niet houden okè!" Riep een man. Ik was ineens heel klein en de man leek veel op Kevin. Toen ik goed keek bleek het hem ook te zijn. "Gemma focus!" Riep hij nog een keer. Gemma?! Ik liep door een lange gang met veel ramen, het was een ziekenhuis. Ik keek naar mijn weerspiegeling en in was inderdaad klein. Ik was een klein meisje, rond de drie jaar gok ik. Ik was in gedachten mezelf, maar vanbuiten Gemma.
"Wacht!" Hoorde ik een vrouwenstem roepen. Ik draaide me om en zag Sarah staan. Alles leek zo wazig, alsof ik in een waterkom zat. Ook leek het zwart wit. Wel probeerden een paar kleurtjes te ontsnappen maar toch was het niet fel genoeg.
Sarah rende op me af en gaf mij een knuffel.
"Het komt goed met je lieverd! Voor je het weet zijn we weer samen." Ze keek bang om zich heen en er kwamen twee zusters naar haar toe rennen en trokken mij weg van haar. Ik begon te huilen, al was ik het niet. Gemma huilde. Kevin tilde mij op en rende het ziekenhuis uit. Hij keek met angst in zijn ogen om zich heen en er kwam iemand aan. Hij opende de kofferbak, gaf mij een kus. En legde me erin. Ik hoorde Gemma haar stem nog schreeuwend papa roepen, maar dat vervaagde. Gemma stikte. Ze kreeg geen adem. Het duurde eeuwen totdat de kofferbak werd geopend. Maar niet door Kevin. Hij ging uit zichzelf open na een harde knal. Gemma zat vol met bloed op haar voorhoofd en arm. Ik kroop de kofferbak uit en hapte naar adem. We stonden voor de rivier. Ik liep langs de auto en opende de deur, ging op de achterbank zitten en ik zag mijn ouders voorin zitten. Het leek alsof ze sliepen. Ik begreep er niet veel van. Kevin opende zijn ogen en Gemma lachde naar hem want ze hield van hem. Ze riep steeds papa en mama. Maar het was te laat. Ze waren overleden.
En wat is er gebeurt met Gemma? Zij is beschuldigd door moord. Aangezien ze al zo,n goeie reputatie had door het Harry ongeluk. Dus ze zat zowat haar hele leven vast in een hulp zorg. Daarna zou ze de gevangenis in gaan wanneer ze oud genoeg is. Harry is opgevangen door zijn oma die voor hem heeft gezorgd, maar jammer genoeg is zij twee jaar geleden overleden.

....

"Goeiemorgen" zei Harry die net was komen aanlopen met een bord waar een broodje ei op lag.
"Is dit voor mij?" Lachde ik. "Eetsmakelijk." Grijnsde hij. "Dankjewel."
Hij knipoogde en pakte nog een bord met hetzelfde erop en ging naast mij zitten op de bank.
"Heb je hier geslapen vannacht?" Vroeg hij bezorgd.
"Ja hoezo?" "Dit slaapt toch verschrikkelijk, je kon wel in je eigen bed slapen hoor." Zei hij.
"Waar moest jij dan slapen?" Vroeg ik hem. "Je hebt toch nog een slaapkamer." Ik stopte met eten en staarde naar de tafel.
"Sorry... slechte woordkeuze. Maar als ik mag vragen? Wat is er precies gebeurt hier? Je bent best wel jong en waar zijn je ouders?" "Mijn vader is blijkbaar ook de vader van een van mijn beste vriendinnen. Waar ik op het laatste moment ben achter gekomen. Mijn moeder is verdwenen... geen idee waar ze is. En mijn zusje is overleden."
"Gecondoleerd." Hij keek opzij en daar stond een familie foto van mijn moeder Lily en ik.
"Is dit je zusje?" Vroeg hij. "Ja." Hij bleef naar de foto staren en kreeg een vreemde uitdrukking.
"Ik ken haar." Zei hij terwijl hij een slok water nam. "Harry dat is onmogelijk." "Nee wacht, ik meen het ik ken haar echt!"
Het leek alsof hij aan het stoeien was met zichzelf om erachter te komen hoe hij haar kende. Maar daarna was het ook gelijk voorbij en gaf hij toe dat hij het niet wist.

WAR ZONES 2 Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu