Hoofdstuk 20

146 4 3
                                    

*"Welterusten Rayan", "welterusten zusje" zei hij en gaf me een kus op mijn hoofd.*

Pov. Mya

Het was maandag half 6 mijn wekker ging af. Het weekend was voorbij, het was erg gezellig om weer even thuis te zijn. Ik heb niets meer gehoord van jake, gelukkig maar.

Ik rende naar mijn kamer toe om me te douchen en kleren aan te trekken.

Vandaag was het eindelijk zover we gaan naar hawaï! Ik deed mijn make-up op en rende naar de kamer van Rayan. Lag hij nou nog steeds in bed?

Met een hoop kabaal kreeg ik Rayan het bed uit. Ik snapte niet waarom hij er niet uit kon komen, we gaan gewoon naar hawaï.

Ik rende naar beneden en zag mijn koffer daar staan, vage kriebels schoten door mijn buik. Ik heb nooit van vliegen gehouden. Maar je moet er iets voor over hebben.

Ik liep naar de keuken toe en maakte een ontbijtje klaar voor Rayan en voor mezelf.

Om 7 uur moesten we weg naar school toe, daar stond de bus op ons te wachten om ons naar een vliegveld te brengen.

Ondertussen hadden Rayan en ik het eten op en kwamen onze ouders naar beneden om ons gedag te zeggen. We hadden met mike en nog wat vrienden afgesproken om samen naar school te rijden.

Buiten hoorde ik een toeter. "daar zullen ze zijn" zei ik opgewekt en gaf mijn vader en moeder nog een laatste knuffel. Na een preek gekregen te hebben van dat ik me goed aan de regels moest houden en bij de groep moest blijven, gaf ik rex nog een knuffel en liep naar buiten.

Ik gaf iedereen een knuffel en Mike legde mijn koffer in de kofferbak. Ik stapte voor in de auto. In de auto zaten Maddison, Sven en Lucas. In de andere auto zaten Lydia, Rayan, Liza, marlijn en Luke.

Bij school aangekomen stapte iedereen uit en we pakte onze koffers, ook had ik mijn handbagage in mijn tas voor in de bus en in het vliegtuig.

Ik keek op mijn telefoon en zag nog een bericht van mijn ouders. Ik klikte het weg en besloot het in de bus te bekijken.

We stapte als eerste in de bus dus mochten wij een eigen plek uitzoeken. We zaten in een dubbeldekker samen met Mike zat ik boven helemaal voor aan. Aan de andere kant zaten Maddison en Liza. Achter ons zit Marlijn.

Net voor dat we vertrekken komt Brend met een bezweet gezicht binnenvallen. "Ben ik nog op tijd?" grijnst hij. Ik begin te lachen.

Als we ongeveer een half uurtje onder weg zijn worden er tasjes uitgedeeld met wat te eten en te drinken. Door de microfoon word alles uitgelegd moeten we groepjes van 9 maken voor als we op Hawaï zijn. Voor ons is dat niet moeilijk. In ons groepje zitten: Brend, Liza, Marlijn, Maddison, Mike, sven, Luke,  Lydia en ik. We geven ons groepje door. Dan kijk ik wat er in het tasje met eten zit en leg alles voor me neer wat ik nu wil. Een flesje water en een koek. De rest doet het zelfde en iedereen begint een gesprek met elkaar.

Na ongeveer 2 uur komen we bij het vliegveld aan. Het is nu 10 uur en het vliegtuig vertrekt pas om 1 uur.

Maddison trekt mij over het vliegveld heen naar allerlei winkeltjes en we bestellen bij starbucks koffie. "Pff ik kan dit best gebruiken, je word zo moet van maar telkens op je kont te zitten" lacht Maddison.

Als we naar onze gate willen zie ik de lange rij. Ik zucht "We moeten nog zowat een jaar wachten om daar te komen". Naast mij hoor ik Mike lachen, "nee joh, heb je niet geluisterd in de bus? We mogen direct doorlopen" zegt hij met een knipoog.

Om half 1 moesten we in het vliegtuig zitten. Om kwart over 12 loop ik samen met ons groepje naar het vliegtuig.  Door het raam kan ik hem al zien, het is een enorm ding. Ik voel mijn handen al een beetje trillen maar gelukkig valt niemand het op.

In het vliegtuig zit ik bij het raam, naast mij zit natuurlijk Mike en daarnaast zitten Brend en Marlijn.

Ik kijk uit het raam en hoor de motor van het vliegtuig al. Mike zit heel relaxed naast mij. Ik daar in tegen zit totaal niet relaxed. "Gaat het wel" vraagt Mike bezorgd. "Ja prima" probeer ik zo neutraal mogelijk te zeggen, maar ja ik heet niet voor niets Mya, je hoort overduidelijk mij stem trillen. "hier" Mike geeft me kauwgom en pakt mijn hand vast. "Je moet niet bang zijn het komt allemaal vast wel goed".

Als het vliegtuig de grond los laat hoor ik Mike naast mij praten over alles wat we buiten zien. Steeds kleiner word de wereld en opeens is hij verdwenen.

Ik kijk samen met Mike een film, want slapen heeft geen zin aangezien we net voor de avond aankomen op Hawaï.

Na 5 uur vliegen word er omgeroepen of iedereen zijn tv voor zich wil uit doen en de gordels weer om. Snel pak ik Mike zijn hand als ik voel dat we naar beneden gaan. Ik kauw snel op mijn kauwgom aangezien ik snel last krijg van zere oren. Ik kijk naar buiten en zie de wereld weer op ons afkomen. Genietend kijk ik naar buiten het is hier zo mooi, zoveel palmbomen. Ik vergeet gewoon helemaal dat ik in een vliegtuig zit.

Als de wieltjes van het vliegtuig weer de wereld aan raken laat ik Mike zijn hand pas los. Als we weer stil staan begint iedereen te klappen.

Nu pas dringt het tot me door we zijn veilig geland!

Het internaatWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu