Zuchtend ga ik naast Demy in de auto zitten. Terwijl ik mijn gordel vast maak kijk ik nog even naar Demy. Ze kijkt me lachend aan, vast besloten om niets te zeggen. Als de auto de straat uit rijd probeer ik nog een keer om Demy uit te horen. 'Deem, zeg nou gewoon waar we heen gaan, dan kan ik het plezier met je delen?' Vraag ik met een lief stemmetje. Ze schud haar hoofd met een strak gezicht. 'Ik zeg niks Louren, dan is het niet leuk meer!' Ik schud mijn hoofd en kijk door het raam naar de bomen die aan ons voorbij gaan. Gisteren was is verjaardag naar de leeftijd van achttien, eindelijk. Dit betekend dat ik nu zo ongeveer volwassen ben. Demy had mij, in plaats van mij een cadeau te geven, verteld dat ik om acht uur 's ochtends bij haar huis moest staan met een gepakte koffer. Meer had ze niet verteld. Omdat ik haar vertrouw heb ik het maar gewoon gedaan, en nu zit ik hier in de auto met haar en haar vader. Als het uitzicht vanuit het raampje veranderd naar huizen en verkeersborden probeer ik doormiddel van de borden uit te vinden waar we heen gaan. Ik leun naar voren over de stoel van Meneer van Deuzen, de vader van Demy. 'Meneer we gaan naar Amsterdam hé?' Ik kijk hem grijnzend aan. Blijkbaar heeft Demy haar gedrag niet van een vreemde want ook hij blijft strak voor zich uit kijken en antwoord niet op mijn vraag. Ik laat me terug zakken in de autostoel en kijk maar weer uit het raam. Ik pak mijn Ipod als ik zie dat Demy zelf ook muziek zit te luisteren via haar Ipod. Ik grinnik even als ik haar zachtjes 'Stole my heart' van One Direction hoor mee zingen. Ik stop de oortjes in mijn oren en zet zelf ook mijn afspeellijst vol met One Direction op. Al sinds ander half jaar zijn ik en Demy fan van One Direction, niet gewoon fan, we noemen ons zelf Directioners. De jongens zijn echt geweldig en het fan zijn is, ondanks alle drama, ook geweldig. Toen de jongens in Nederland waren hebben we ze niet kunnen zien, wel zijn we op heel veel fanmeetings geweest. Pas nadat 'Stand up' en 'Na Na Na' zijn afgelopen besef ik me waar we heen gaan. Elke keer als we afslaan doen we dat als dat op een bordje richting Schiphol aangegeven staan. 'SCHIPHOL?' Roep ik verbaasd uit.