De man in het zwart

58 12 0
                                    

Ik word wakker met knallende koppijn, er wordt naar me geschreeuwd en ik ben veel te laat wakker geworden. Mijn wekker kan ook nooit eens normaal doen. Mijn pleegmoeder, die trouwens Angela heet, schreeuwt dat ik naar beneden moet komen. Snel kleed ik me aan, doe ik mijn mascara op, kam mijn haar en ren naar beneden. Als ik te laat beneden kom, word ik echt vermoord.
Beneden staat Angela aan het ontbijt, niet voor mij, maar voor haar. Ze heeft een strakke, zwarte jurk aan die tot op haar knieën komt. Ze zegt dat ze vroeg weg moet, omdat ze een afspraakje heeft. En natuurlijk weet ik om wie het gaat, mijn docent wiskunde. Ze is echt obsessed met hem, nou eerder om zijn geld. Ik hou deze gedachtes voor mezelf en begin aan mijn lunchpakket en kijk op de klok. 'Shit!' Snel kwak ik een plak kaas op mijn brood en gris ik een blikje cola uit de koelkast. Zonder erbij na te denken pak ik mijn jas, tas en sleutels en ren naar mijn fiets. Ik stap op en fiets naar school.
Als ik op school ben, stap ik van mijn fiets en plaats mijn fiets in de fietsenstalling. Dan voel ik dat er iemand achter mij staat. Ik voel het gehijg bijna in mijn nek. Er loopt een rilling over mijn hele lichaam. Met een hele vlugge beweging draai ik om. Met een hoop opgeluchting zie ik dat het Max is, mijn vriendje. Hij geeft me een zoen op mijn wang en we lopen samen het gebouw in. Plots word ik door iedereen aangekeken. Snel gaat Max langs mijn rug met zijn hand en haalt een briefje tevoorschijn. Er staat op: ik ben een slet. Mijn wangen worden knalrood en ik ren de meiden wc in. Ik weet dat Max achter me aan rende, maar ik wil niet dat hij me ziet huilen. Snel gooi ik een wc deur open, sla de deksel van de wc dicht en verdwijn in mijn gedachtes.
Ik schrik op, het is de bel, hoe laat is het? Ik haal mijn telefoon tevoorschijn: 13:00. Is het nu al pauze? Dan kijk ik om me heen, waar ben ik? Ik zit in een kleine ruimte en er staan overal spullen. Een bezem, bakken met allemaal spullen die ik niet kan plaatsen. Dan bedenk ik me: ik moet hieruit. Automatisch sta ik op en wil de deurklink pakken, maar de deur zwiept open. Daar staat iemand, in het zwart, wie is het?

runWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu