Er was eens, heel heel lang geleden, een koene ridder. Deze ridder had een klein hutje aan de rand van een klein boerendorp. Hier was ze niet vaak. Ze vond het heerlijk om rond te zwerven door bossen en op het platteland. Op een dag besloot ze om een omweg te nemen op haar weg naar huis na een lange reis. Ze liep door een bos toen ze opeens iemand hoorde huilen. Ze stopte, keek om zich heen en luisterde naar waar het geluid vandaan zou kunnen komen. Ze volgde het geluid en lette op of ze iemand zag, of misschien zelf ontdekt zou kunnen worden. Ze begon het gehuil steeds beter te horen en het struikgewas werd steeds dikker. Het was nu zo dik dat ze er bijna niet meer doorheen kwam. Ze moest haar zwaard pakken om een weg er doorheen te kunnen hakken. Opeens kwam ze op een open plek. In het midden stond een toren. De toren was maar iets van vijf meter hoog en het enige dat het onderscheidde van een huis en waaraan je kon zien dat het een toren was, was de vorm. Het raam stond open en het was duidelijk dat het gehuil daar vandaan kwam.
JE LEEST
De jonkheer in de toren
AdventureEen dappere, maar verlegen ridder komt een prins tegen die is opgesloten in een toren. Samen willen ze hem bevrijden en erachter komen waarom hij was opgesloten. Ondanks hun verschillen en vele ergernissen werken ze samen tot ze een oplossing hebben...