Hoofdstuk 2

16 2 1
                                    

Ik legde mijn hand op het omgedraaide glas en alsof ik op een knop had gedrukt, ging er een stilte door de ruimte. Ik sloot mijn ogen en bereidde me voor. Toen realiseerde ik met wat. "Wacht? Wie moet ik eigenlijk oproepen dan?" Vroeg ik aan Daisy. En de stilte was meteen weg. Ik hoorde wat gemompel en opeens riep iemand "Roep Michael Jackson op!" gevolgd door keihard gelach. Het was Jesse, die ook al een aantal jaar bij mij in de klas heeft gezeten. Als ik niet zo gespannen was had ik ook gelachen.

Mijn blik was gefocust op Daisy. Ze had iets kwaadaardigs in haar blik maar ik kon het niet helemaal plaatsen. Ik huiverde, Sem moest het gemerkt hebben want hij schoof wat dichter tegen me aan.

"Ken je iemand die is overleden?" Vroeg Daisy. Ik zag waar dit heen ging.

"Nee." zei ik snel. Dat was gelogen, maar ik was niet zo stom om mijn vader op te roepen. Ik had hem nooit goed gekend, maar ik zou hem hier niet mee lastig willen vallen. Hoe dronken ik dan ook mocht zijn. Daisy stond uit het niets op en kwam niet veel later weer terug met een krant in haar hand. Ze legde de krant zo neer in het midden dat ik kon lezen wat er op de voorkant stond. "Daniël Nieuwenhuize (14) overleden na treinongeluk" las ik hard op.

"Daniël was het broertje van een vriendin van me," zei Daisy, "Daniël was zielsgelukkig en had geen enkele reden om voor een trein te springen maar op de bewakingscamera's is toch echt te zien hoe hij zich voor de trein werpt." Vervolgde ze. Ik huiverde voor de zoveelste keer die avond en ik zag wéér de bui hangen.

"Dus nu wil je dat ik Daniël oproep?" Ik plaatste nonchalant mijn hand al op het glas maar ik voelde hoe klam mijn handpalmen waren en realiseerde me dat ik aan het trillen was.

"Precies! Dan kun je hem vragen wat hem bezielde" Antwoordde Daisy met een gore grijns op haar gezicht.

Ik sloot mijn ogen en haalde diep adem door mijn neus. Het was al stil, maar het leek alsof er een nieuwe stilte was aangebroeken. Alsof de wind was gestopt met waaien en de vogels waren gestopt met zingen. Het enige wat ik kon horen was mijn eigen ademhaling.

"Daniël Nieuwenhuize, ben je daar?"

Stilte.

Er werd wat gegniffeld in de kring maar deze werd meteen gevolgd door een boze "Ssssst!"

Ik ging door. Ik had kunnen stoppen en zeggen dat er niemand ging reageren, maar ik ging door. Ook al wist ik niet precies waarom.

"Daniël ben je daar? Je hoeft niet bang te zijn. We willen je alleen wat vragen."

Ik voelde een briesje langs mijn rug en rilde.

"Daniël, waarom heb je een einde aan je leven gemaakt, Daniël?" En toen ging alles heel snel, alsof iemand met een afstandsbediening op de doorspoel knop gedrukt had.

De vogels die zojuist zo stil waren begonen nu te krassen en te kraaien en vlogen in zwermen naar boven. De ramen die voorheen op een kier stonden vlogen open en de gordijnen bolden op van de plotselinge windstoot die vervolgens ook alle kaarsen uitblies. Het was pikkedonker en doodstil.

Ik hoorde eerst alleen mijn zware ademhaling, maar toen kwam het onverklaarbare. Er klonk een stem. Een stem van een jongetje.

"Je had me kunnen redden. Je had me kunnen redden maar je liet het gebeuren. Je liet het gewoon gebeuren!" De stem klonk wanhopig. Alsof de jongen die erachter zat ieder moment in huilen uit kon barsten. Langzaam stierf het geluid weg en ging de wind liggen, maar het bleef nog een hele tijd stil. Niemand durfde wat te zeggen en iedereen was helemaal van zijn stuk gebracht.

In de hoek hoorde ik plotseling iemand snikken. "K-k-kan iemand ah-ah-alsjeblieft het licht aandoen?"

Vervolgens hoorde ik iemand opstaan en toen het lich aanging zag ik dat het Sem was, die vervolgens naast het huilende meisje neerzakte en haar begon te troosten.

Daisy schonk er geen aandacht aan en zuchtte geirriteerd. "Oké, biecht maar op, wie vond het nodig om zo'n kutgrap uit te halen?" Ze zei het alsof ze het tegen iedereen had, maar wendde haar blik naar Jesse en keek hem indringend aan. Jesse was inderdaad een grapjas, maar zou hij echt zo ver gaan?

"Wat?!" Riep hij vetontwaardigd uit. "Ik heb niet zo'n stemmetje. Mijn stem is een en al mannelijkheid."

Plotseling slaakte het snikkende meisje een keiharde gil. Sem, die nog steeds naast haar zat, begreep er niets van, maar het meisje keek alsof ze een monster had gezien en wees met een trillende vinger naar het letterbord voor mij. Het glas was weg. In plaats daarvan lag er een papiertje met sierlijke letters.

"Wat staat erop!" Schreeuwde Jeroen, net iets te enthousiast. Het was duidelijk dat hij het alleen maar een coole situatie vond terwijl ik het bijna in mijn broek deed van angst. Ik pakte het papiertje op en liet mijn vingers over de letters glijden.

"Kom naar huis." Las ik voor.

Jeroen lachte. "Er is vast een ouder boos op iemand die al lang in bed had moeten liggen." Hier en daar werd er gelachen en ik glimlachte flauwtjes.

"Of Scarlet is een heks." Zei Daisy en lachte keihard om haar eigen grap. Het meisje naast Sem begon echter nog harder te huilen. Haar oogmake up was over haar wangen uitgelopen en haar ogen waren rood. Sem besloot in te grijpen en stond op. "Ik denk dat het het handigst is als iedereen naar huis gaat. Als de zogenaamde grapjas zich de komende dagen schuldig voelt, is hij meer dan welkom zijn exscuses te komen aanbieden. "

Iedereen knikte of stond op, maar allemaal keken ze even geschoqueerd. Ik liet mijn blik over de mensenmassa glijden, zat hier iemand tussen die zo impulsief en gemeen was om zo'n grap uit te halen? Het moest haast wel. Er was geen andere verklaring voor deze situatie.

Toch?

Toen ik ook op wilde staan, hielp Sem me overeind, maar fluisterde wat in mijn oor toen ik weg wilde lopen. "Er is iets goed mis, Scar. Dat bericht was voor jou bedoelt. Kom morgen weer langs. 1 uur 's middags. Vertel niemand wat er gebeurd is." Hij kneep geruststellend in mijn hand en liet hem toen los. "Tot morgen."

Voordat ik ook maar iets kon vragen liep hij al weg.

Ik staarde ietwat verdwaald uit mijn ogen. Hoezo was het bericht voor mij bedoeld? Wat moest dat in hemelsnaam betekenen? Toen ik realiseerde dat ik als enige stilstond in de grote woonkamer besloot ik te doen wat iedereen deed: naar huis gaan. Als een zombie fietste ik naar huis. Mijn gedachten waren bij heel wat anders dan de weg en dus reed ik meerdere malen bijna iemand aan. Het verbaasde me dat ik thuis was gekomen. Ik groette mijn moeder die, gek genoeg nog, op de bank zat.

"Moet jij niet slapen?" Vroeg ik verbaasd. Ze keek me aan van achter haar boek en keek vervolgens naar de klok.

"Ach gut," zei ze lachend "ik wist niet dat het al zo laat was!" Mijn moeder was altijd al een warhoofd. Soms dacht ik dat het met mijn vaders dood te maken had. Toch was ze de allerliefste die je je maar kon voorstellen. Ik lachte hoofdschuddend met haar mee, wensde haar een goeie nacht en liep de trap op naar de slaapkamer. Daar kreeg ik een hartverzakking toen ik het licht aan deed. De irisen van mijn ogen, die normaal donkergroen van kleur zijn, waren nu een heldere, knalpaarse kleur.

Als ik niet zo moe was had ik het uitgeschreeuwd, maar nu stond ik als een gek met mijn ogen te knipperen en in mijn ogen te wrijfen. Tervergeefs; ze bleven paars. En zo stond ik nog een tijdje, pal voor de spiegel. Misschien waren het seconden, misschien minuten, misschien uren. Toen ik buiten vogels hoorden en de lucht niet langer zwart was, maar een diepblauwe kleur, besloot ik in bed te gaan liggen en viel ik in een onrustige, dromenloze slaap.

A/N: Bedankt voor het lezen! Dit verhaal wordt wat langzamer upgedate omdat de hoofdstukken zo groot zijn, maar zodra het aantal lezers stijgt zal ik mijn best doen er enige regelmaat in te krijgen hahaha.

Feedback is zoals altijd meer dan welkom! Verder wil ik nog wel even kwijt dag ik voor dit hoofdstuk wel veel inspiratie van het boek 'Sevenster' heb gebruikt dat ik een paar jaar terug las, vandaar dat ik die ook nog even wil crediten.

Liefs en tot snel,

Franceska

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jul 23, 2014 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Scarlett ReykjavicWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu