Thomas staarde voor zich uit. Eigenlijk lette hij helemaal niet op de natuur voor hem, want hij was meer in zijn gedachten verzonken. Gedachten die de duisternis in liepen en weer terug. Gedachten die hij liever vermeed, maar zelfs na de 15 jaar dat hij bestond kon hij dat nog niet. Hij zat hier al uren, voor zich uit kijkend en piekerend. Zijn bruine haar was inmiddels wit geworden van de sneeuw, wat beter af stak als contrast tegen zijn felle licht blauwe ogen.
Niet lang geleden had hij het vreselijke nieuws gehoord. Dat Winter, Thomas' geboorteplaats, aan het smelten was. Thomas wist nog goed hoe zijn moeder erbij had gezeten om hem en zijn zusje het nieuws te vertellen. Je zag haar hand trillen en ze probeerde haar tranen in bedwang te houden. Thomas vond het vreselijk zijn moeder zo te zien. Maar eigenlijk zag hij zijn moeder zo elke dag. Misschien vond ze het stiekem nog geeneens zo erg om weg te gaan, dood te gaan net als haar eens zo geliefde echtgenoot, Thomas vader.
Hoewel de meeste inwoners het nog niet door hadden (of niet wouden beseffen); Thomas was intelligent genoeg om te bedenken dat dit het einde van Winter zou betekenen. De inwoners wouden het niet geloven. Ze ontkenden het, maar volgens mij wisten ze zelf ook heel goed wat dit tot gevolg zou hebben. De IJswand was de enige muur die ons afweerde van de hitte van zomer. Was Zomer dan zo heet geworden dat de IJswand er door smeltte? Maar dit leek hem zo onwaarschijnlijk dag hij het direct al uit zijn hoofd zette. Het was logisch om tegen iedereen te zeggen dat het allemaal wel goed kwam, in de hoop er zelf ook in te gaan geloven. Maar het was een voorspelling die uitkwam.
Winter zou smelten, tot er geen sneeuwvlokje of ijspegel meer over was, en de mensen zouden er bij meegaan. Thomas' brein had de oorzaak al honderd keer geanalyseerd en nog steeds wist hij niet wie of wat dit veroorzaakt kon hebben. Hij vond het lastig er mee om te gaan. Zelfs zijn beste vriend Jake wist geen raad.
Zo gingen zijn gedachtes dieper en dieper en smolt er steeds een korreltje sneeuw meer. De tijd drong voor de bewoners van Winter.Thomas kon zijn zorgen niet loslaten. Ze konden toch niet zomaar allemaal sterven? Duizenden inwoners, die kon je toch niet aan dat lot overlaten? Zijn geest was gevuld met angst, maar ook woede. Woede dat er niemand was die opstond uit hun luie stoel, niemand die Winter probeerde te redden. Iedereen was te laf, alsof hun dierbaren en hun leven hun niks konden schelen. Tenslotte leek het ook zo alsof er een vloek of duistere magie heerste in Winter, alle bewoners hadden wel iéts. De een was die kwijtgeraakt, de ander was depressief en ging het liefste snel dood, de ander was ernstig ziek of lag al op sterven. Ze waren allemaal verloren op een bepaalde manier. En Thomas was niet een van de mindere daarvan.
Op de een of andere manier voelde hij zich verantwoordelijk uit te zoeken wat er aan de hand was, Winter te redden. Zijn vader pleegde zelfmoord tien jaar geleden toen hij te laf was om in het Ijsleger te gaan. Velen mensen verafschuwden hem sinds toen, en hadden eigenlijk een soort van zijn voorbeeld aangenomen. Zijn vader had zoveel moeite gedaan de bewoners duidelijk te maken dat Winter afschuwelijk was. Als het niet zijn vader was geweest, had hij zelfs nog gedacht dat hij de oorzaak van dit alles was.
Het landschap voor hem begon saai te worden en hij wende zijn ogen af naar de grijze lucht. Elk ogenblik kon het gaan regenen. Hij graaide zijn hand door de sneeuw en voelde hoe de kille kou zich vast klemde om zijn vingers. Hij rilde. Niet alleen van de kou, maar ook van angst en verdriet.
Toen klonk er een vrolijke geschater rechts van hem, wat eens zijn favoriete geluid was. De vrolijke Jake wist hem altijd wel weer op te fleuren, maar nu niet. Thomas zuchtte. Hij had hier nu echt geen zin in. 'Thommie, heb je het al gefixt?' Jake plofte met zijn slungelige lichaam naast Thomas in het sneeuw. Zijn vriend leek zich niks aan te trekken van alles, maar Jake was eigenlijk altijd blij. Thomas kende zijn vriend niet anders dan deze overweldigende enthousiasme.
JE LEEST
De IJsprins [de 4 Seizoenen Deel 1]
FantasíaHet Jaargetij heeft de macht overgenomen op deze aarde: Lente, Zomer, Herfst en Winter. De 14- jarige Thomas wordt geboren in Winter. Dit houdt in dat hij daar heel zijn leven blijft. De grenzen tussen de seizoenen worden afgeschermd met een eigen k...