'WELCOME TO NEW YORK, LOULOU!' Stond er op het ongeloofelijk beschamende bord dat mijn moeder en Robert, mijn 'nieuwe vader', samen vast hielden en zodra ik eraan kwam aan Josh, een van mijn nieuwe stiefbroers gaven zodat ze me konden begroeten. Ik zou het helemaal niet zo erg gevonden hebben als er gewoon had gestaan: 'WELCOME LAUREN!' of iets soortgelijks. Maar nee, mijn moeder vond het blijkbaar nodig om de naam waarmee ik me vroeger altijd voorstelde, omdat ik dat 'cooler' vond, te kiezen om op het een meter brede en ongeveer vijftig centimeter hoge bord te schrijven dat héél duidelijk zichtbaar was voor de ongeveer 300 mensen waarmee ik in het vliegtuig had gezeten en nog zo'n 50 mensen die die mensen opwachtten op de New Yorkse airport waar ik zojuist was geland.
Waarom ik 8 uur heb gevlogen om naar New York te komen, waarom ik drie koffers en twee stuks handbagage-waar ik overginds belachelijk veel geld voor moest betalen omdat ik twee koffers te veel had ingecheckt-probeer jij maar eens zestien jaar aan herinneringen en kleren in een miezerig koffertje te proppen!-bij me had? Ja, dat vroeg ik me ook geregeld af terwijl ik in mijn baggy trainingsbroek in het veel te koude vliegtuig zat. Het antwoord is eigenlijk heel simpel: Ik ging verhuizen. Naar New York. Midden in het schooljaar. Omdat mijn moeder voor de tweede keer ging trouwen. In New York. Op een volgens mijn moeder blijkbaar 'super duper geheime en super coole en super geheime plaats waar echt nóóit iemand was getrouwd'.
Mijn moeder kan soms nog al overdrijven. Zo beweerde ze dat de pizza koerier die haar pizza bracht toen ik er een keer niet was omdat ik bij Katie, mijn beste vriendin en ook meteen een van de twee die ik uberhaubt had en onder ons in hetzelfde herenhuis aan de herengracht op de een na hoogste verdieping woonde, ging logeren en geen avondeten voor haar kon koken, haar wou vermoorden en nu haar permanente stalker was geworden.
Ik vroeg of ze hem na die bezorging uberhaubt nog wel had gezien. Ze antwoorde met: "Maar stalkers laten zichzelf nooit zien, want anders zouden ze geen stalker zijn! Ik weet het heel zeker Loulou!" Ik had geantwoord dat dan zo'n beetje de hele wereld je stalker kon zijn, wetend dat het er daardoor bepaald niet beter op zou worden qua stalker-gedachten-en-paranoia-daarvoor, en liep naar mijn kamer. Ze heeft daarna nooit meer in haar eentje een pizza besteld.
Ik begroette mijn stiefbroers en vader in spé met een hand en gaf mijn moeder drie zoenen op haar wangen en een dikke knuffel. Ik was blij om haar weer terug te zien na twee weken bij Katie te hebben gewoond, ookal was het super gezellig geweest met Katie, haar moeder en kleinere zusje, haar vader en moeder waren gescheiden. Ik bekeek mijn stiefbroers-in-spé en kwam tot de conclusie dat Ethan, de oudste van de twee, zeventien was en zat in 12th grade zat en had dit jaar zijn examenjaar had, best knap was, maar nogal verveeld keek, waarschijnlijk door het onmogelijke tijdstip van 5 uur in de ochtend, en blijkbaar niet te dicht bij zijn nerdish broertje wou staan. aan zijn sixpack dat door zijn witte T-shirt te zien was te zien was speelde hij waarschijnlijk in het football team van de school en was redelijk populair.
Hij had blond haar en doordringende blauwe ogen net zoals zijn kleinere broertje Joseph, die een grote bril met dikke glazen op zijn neus had zitten en eruit zag zoals je de typische nerd zou omschrijven: grote bril, beugel, overhemd, een baggy broek die totaal niet bij hem paste en witte sportschoenen die gewoonweg te lelijk voor woorden waren. Ik wist meteen dat ik zodra ik gesetteld was aan de slag moest met een drastische make-over zodat hij er leuk uit zou zien als de kerstvakantie van twee weken over was en hij minder beschamend voor, nou ja, gewoon iedereen was. Hij was 13 en zat in 8th grade wat in Nederlandse begrippen de tweede klas is.
Hij en Ethan waren totaal tegenover gesteld en dat merkte ik ook aan de koele begroeting van Ethan-waarschijnlijk was ik niet knap genoeg om aardig te zijn in mijn oude baggy trainingsbroek, tot op de draad versleten uggs, mijn speciale zwarte 'reis-shirt' die ik altijd aantrek als ik naar het buitenland ging omdat 'ie gewoon zo lekker zit en mijn zwarte leren jasje dat ik daarover aan had getrokken omdat het altijd zo koud is in vliegtuigen-en de warme begroeting van Josh, zoals ik Joseph nu al in gedachten noemde.