3

5 0 0
                                    

Ik word wakker van de wekker. Jeeej! Het is zondag. Vandaag ga ik met Koen iets leuks doen! Ik heb er zo'n zin in! Ik ben benieuwd wat we nou eigenlijk gaan doen... Hij zei dat ik makkelijke kleren en schoenen aan moest doen, en dat ik voor de zekerheid mijn bikini mee moest nemen. Ik schiet in mijn kleren, stap in mijn Adidas schoenen, doe mijn haar in een staart en een beetje mascara op mijn wimpers. Ik bekijk mezelf in de spiegel. Ja, dit ziet er wel oké uit. Ik ren de trap af en ruik meteen de overheerlijke geur van mijn vaders zelfgemaakte pannenkoekjes. 'Goedemorgen!' Zeg ik opgewekt. 'Hoe kom jij zo vrolijk?' Vraagt mijn vader. 'O, gewoon. Goed geslapen denk ik' antwoord ik snel. Ik ga zitten en eet twee pannenkoekjes. 'Waar zijn mama en Jesper?' vraag ik. 'Ze zijn nieuwe voetbalschoenen kopen. Die zijn gister tijdens de wedstrijd gesneuveld' zegt mijn vader vanachter zijn Volkskrant. Ik doe een dikke laag stroop op mijn pannenkoekjes en eet ze snel op. 'Ik ga zo met Koen iets leuks doen' zeg ik met mijn mond vol. 'O? Wat ga je doen dan?' vraagt mijn vader met een plagerig toontje. 'Dat is een verrassing. Hij vertelt het me straks.' Ik heb mijn pannenkoekjes op en loop weer naar boven om mijn tanden te poetsen. Ik hoor mijn vader nog net mompelen 'Wat wordt ze toch weer snel oud. Vandaag gaat ze uit en morgen gaat ze trouwen'. Ik grinnik en poets mijn tanden.

Ik fiets naar het parkje, daar hebben we afgesproken. Ik kijk op mijn telefoon, nog geen appje van Koen "dat hij toch niet kan komen" of "plotseling ziek is". Misschien vindt hij me echt leuk. Ik hoor iemand rennen. Ik kijk achterom, maar het is al te laat. Lois trekt me van mijn fiets af. Ik val hard op de grond. Een harde pijnscheut in mijn arm. Ik probeer op te staan, maar Rico pakt me bij mijn haren. 'Volgens mij waren wij nog niet klaar, vieze kuthoer!' schreewt Rico in mijn oor. Ik krimp ineen. Ik voel me plotseling heel misselijk. Ik voel een trap tegen mijn heup, ik kijk opzij en zie Nina staan. 'ALS JE NIET VERTELD WAAR JE MIJN TELEFOON HEBT GELATEN, DAN KNIP IK JE HAAR AF!' schreeuwt ze. 'Ik heb je telefoon niet Nina! Geloof me nou, ik heb niks gedaan!' Antwoord ik stotterend. Ik weet dat het geen zin heeft. Ze gaan mijn haar afknippen, mijn mooie lange haar. Dan vindt Koen me vast niet meer leuk. De paniek slaat toe en ik weet niks meer te zeggen. Ik hoor een harde klap, en kijk achterom. Ze hebben mijn fiets in de sloot gegooid. Ik begin te huilen. 'Aaah, moet je huilen?' Zegt Lois. Rico pakt mijn armen vast en draait ze achter mijn rug. Ik gil het uit.

Ze trekken me mee van de weg de struikjes in. Ik word op de grond gegooid en vastgebonden aan een boom. Ik begin hevig te trillen en te snikken. 'Als je nu niet je tering bek houdt, dan zorg ik daar wel voor!' Zegt Nina. Ik probeer met alle macht te stoppen met huilen. Lois komt aanlopen met een schaar. 'Nee, niet mijn haar, alsjeblieft niet!' Roep ik. Het zweet staat me op de rug. 'Voor iedere vraag die je niet beantwoord of die je liegt, gaat er een pluk af' zegt Rico. Ik draai mijn hoofd weg. Ik weet wat er gaat komen. 'IK VRAAG HET NOG ÉÉN KEER, WAAR. IS. MIJN. TELEFOON?' Schreeuwt Nina. Lois brengt de schaar naar mijn haar. 'Ik weet het niet, ik weet het echt niet!' Stotter ik. 'Begin maar met knippen!' zegt Rico. 'Neee! Alsjeblieft niet! Alsjeblieft!' smeek ik. Maar het was al te laat. Er lag een pluk van mijn haar op de grond. 'OKE, OKE! Ik vertel het!' Schreeuw ik. 'Zie je wel dat zij hem heeft? Ik zei het toch' zegt Lois tegen Nina. 'WAAR HEB JE HEM?' Schreeuwt Nina in mijn oor. 'Op school, op school' weet ik er uit te brengen. 'Waar op school?' Vraagt Rico. 'In een van de kluisjes van de eersteklassers' zeg ik. Ik heb het verteld. Nou heb ik niks meer om ze te stoppen.

Nadat ze me nog een paar trappen geven, lopen ze eindelijk weg. Ik sta op. Ik heb mijn handen met de schaar los weten te knippen. Ik kijk op mijn telefoon hoe laat het is. Kwart voor twaalf. Een kwartier te laat. Ik doe mijn haren in een knot zodat de korte pluk niet opvalt. Ik veeg mijn tranen weg en begin te lopen naar het park.

Koen staat er al. Hij staat te praten met een meisje. Waar ken ik haar toch van? Dan draait ze haar gezicht mijn richting op. Het is Ilse. Hoe kent ze Koen? Ik kijk of ik me ergens kan verstoppen. Maar het is al te laat, Koen roept 'hee Meghan, hier ben ik!'. Ik loop langzaam hun richting op. 'Hoooi Koen!' zeg ik. Ik geef hem een knuffel. 'Dit is mijn nicht, Ilse' zegt Koen. 'Ilse, dit is mijn vriendin Meghan'. Voordat Ilse iets kan zeggen steek ik mijn hand uit en zeg 'hoi, leuk je te ontmoeten'. Ilse kijkt verbaasd maar gaat er gelukkig in mee. Koen hoeft niets te weten over gisteren. 'Hoi Meghan' zegt Ilse. 'Zullen we gaan?' vraagt Koen. 'Ja is goed, als jij me nu eindelijk vertelt waar we heen gaan?' vraag ik hoopvol. 'Nog niet!' zegt Koen met een knipoog. 'Koen, ik moet gaan, doei!' zegt Ilse. 'Doei Ilse, leuk je weer gezien te hebben! zegt Koen. 'Doei' zeg ik tegen Ilse. Ilse loopt weg, ik draai me om naar Koen.

'Zeg je het nu?' vraag ik met een poeslief stemmetje. 'Oke, oke, ik zeg het al. Ik heb geregeld dat we over anderhalf uur kunnen waterskiën!' zegt Koen enthousiast. 'Neeeeee! Echt? Serieus? Dat is zo gaaf!' zeg ik, terwijl ik hem om zijn hals vlieg. Koen valt om door mijn onverwachte actie, en samen vallen we op de grond. Ik lig boven op hem en ik ben zo dicht bij hem dat ik zijn hart voel kloppen. Ik kijk hem aan en zie de twinkeling in zijn ogen die hij altijd heeft als hij lacht. 'Kunnen we niet gewoon even zo blijven liggen?' fluister ik. Koen streelt langs de zijkant van mijn gezicht. 'Het is perfect zo' fluistert hij in mijn oor. Ik krijg zo'n fijn gevoel in mijn buik, dat ik begin te glimlachen. Ik ga naast hem liggen, in zijn armen. Zo liggen we nog zo'n tien minuten, zonder ook maar iets te zeggen.

Na een tijdje kijk ik op mijn telefoon. 'Het is iets over twaalf' zeg ik tegen Koen. 'Dan moeten we opstaan' zegt Koen, terwijl hij langzaam overeind komt. 'We moeten er om één uur zijn, en om kwart over één zijn we aan de beurt'. Ik sta ook op. Ik heb last van mijn heup, waar Nina me getrapt heeft. 'Er is alleen wel een probleempje. Mijn band is nog steeds lek' zeg ik snel. 'Hoe kom je dan hier?' vraagt Koen. 'Ik kon meerijden met mijn moeder, zij ging met mijn broertje nieuwe voetbalschoenen kopen' verzin ik. 'Je kunt wel bij mij achterop hoor' zegt Koen glimlachend. Ik glimlach terug.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Oct 09, 2014 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

'Mijn naam is Meghan Post. En ik word gepest.'Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu